De laatste man (Toekomstvisioen)

2050. De strijd der seksen is in het voordeel van de vrouw beslecht. De vrouwen hebben ook het probleem van de overbevolking opgelost.

Ik ben de laatste man. De laatste man die vandaag aan de beurt was, bedoel ik. Ik heb gedoneerd aan Onze Moeder. Mama zei dat het misschien pijn zou doen, maar dat deed het nauwelijks. Even misschien, een soort schok in mijn voortplanter, maar de elektrische golf die daarna door de rest van mijn lichaam trok deed geen pijn. Ik vond het zelfs wel prettig. Ik zou het wel weer willen ervaren, jammer dat dat je maar één keer aan Onze Moeder mag doneren.

Nu mag ik door naar Onze Vader (die in de Hemelen zijt, zei Mama ons vroeger altijd voor. Dat ‘zijt’ heb ik nooit begrepen. Je bent in de hemelen of je bent er niet, vind ik – maar goed). Ik ben heel benieuwd hoe het is bij Onze Vader. Ik kan me er maar moeilijk een voorstelling van maken. Veel mannen zoals ik vermoed ik, die kort geleden aan Onze Moeder hebben gedoneerd en daarna zijn afgereisd. Misschien ook oudere mannen, die bij Onze Vader volwassen zijn geworden. Mama zegt dat haar moeder zei dat haar moeder zei dat mannen mooier worden naarmate ze ouder worden. Ik ben benieuwd. Er zullen ook wel veel vrouwen zijn die pas op latere leeftijd naar Onze Vader zijn gegaan. Wordt een vrouw ook steeds mooier als ze in de Hemelen zijt? Net zo mooi als Mama nu…?

Ik wou dat Mama met me meeging naar Onze Vader. Vandaag was ze bijzonder opgewekt. Té opgewekt. Ze doet alsof ze blij is dat ik naar Onze Moeder moest en straks naar Onze Vader, maar ik weet dat ze toneelspeelt. Ik meende zelfs tranen in haar ogen te zien. Terwijl ze bijna nooit huilt – de laatste keer is al weer jaren geleden, toen ik vroeg waar ik vandaan kwam, wie mijn vader was, waarom ik hem niet kende, hoe het toch kwam dat mannen na hun donatie meteen naar Onze Vader gaan, waarom ze niet bij hun moeder kunnen blijven en samen oud worden.

Ja, ze heeft verdriet dat ik er morgen niet meer zal zijn. Ik was altijd de enige jongen in haar leven, maar zal nooit de enige man zijn.