Dwaze dagen en diepe gedachten (Over consumentisme)

Dwaze dagen en diepe gedachten (Over consumentisme)

Het toeval bracht me gisteren naar de Bijenkorf in Amsterdam, waar net de eerste van de Drie Dwaze Dagen was losgebarsten. In de lange rij naar de kassa – jazeker, ook mijn winkelhart is op hol gebracht – had ik tijd genoeg voor een overpeinzing:

“Stel, je zou de hele samenleving kunnen inrichten volgens de principes van de vrije markt. Een democratie, maar dan niet een democratie waar het ‘one man, one vote’ geldt, maar ‘more money, more votes’. Politieke macht naar economische draagkracht.

Zo’n samenleving is een schrikbeeld in de ogen van allerlei cultuurpessimisten. Burgers gaan zich gedragen als consumenten, volksvertegenwoordigers als aanbieders van producten, met de bijbehorende reclamepraatjes en verleidingstruukjes. Politici glijden af naar het niveau van populisten, die in het gunstigste geval het belang van hun achterban dienen en in het ongunstigste geval alleen hun eigen belang – maar in geen geval ‘de publieke zaak’. Minderheden komen in de knel. Hoe moet het met onze gezondheidszorg, ons onderwijs, met onze dijken? Zal er nog wel voldoende klassieke muziek klinken in de concertzalen? Het ergste valt te vrezen!

Neem het laatste boek van de politicoloog Benjamin Barber, De infantiele consument. Barber, auteur van Jihad vs. McWorld, schrijft over de opkomst van een ‘nieuw kapitalistisch ethos’, door de toegenomen welvaart en het succes van neo-liberalisme. “Er is een wereld ontstaan waarin alles draait om consumptie: ‘ik shop dus ik ben'”, zegt Barber (ik citeer uit een recensie van het Financieele Dagblad – ik heb het veel te druk met shoppen om dit soort boeken te lezen).

“We zijn narcistische, afhankelijke kleuters geworden”, gaat Berger verder. Terwijl we juist mondige burgers zouden moeten zijn, zeker nu de ‘ruimte van het publieke domein’ kleiner is geworden (lees: allerlei overheidsdiensten zijn geprivatiseerd). Als dit zo doorgaat, zijn we overgeleverd aan ‘een steeds dictatorialere markt’ en raken we onze ‘ware vrijheid’ kwijt.

Dit soort betogen gaat er altijd van uit dat ‘de consument’ dom of zelfs ‘infantiel’ is. Zou het werkelijk? Ik waag het te betwijfelen. Misschien slaat tijdens de dwaze dagen in de Bijenkorf de bliksem in onze bol, maar die dwaasheid is eerder uitzondering dan regel. ‘De consument’ is ook niet full time consument, maar ook (misschien wel vooral) ouder, werknemer, vriend etc., en ontleent daar (misschien wel vooral) waarde aan.”

Waarna ik kon afrekenen. Een muziekencyclopedie voor de jeugd. “Een naslagwerk voor de hele familie – als ouders tenminste hun kinderen de kans geven dit verrassende boek ter hand te nemen”, volgens de omslag. En dan heb ik ook nog een natuurencyclopedie aan de klauwen van de dictatoriale markt ontrukt. En het verzamelde werk van de wijze komiek Mister Bean.

Ik hoop maar dat ik er wat van opsteek, want ik ben als de dood dat ik een narcistische, afhankelijke kleuter word. Niemand die mij in dit neo-liberale tijdperk nog verheft, dus ik moet het maar zelf doen. Consumeren om niet te infantiliseren. Ik shop om te kunnen zijn.

Deel:

Geef een reactie