Een kwestie van smaak (Ondergang van een keukenprins)

Een kwestie van smaak (Ondergang van een keukenprins)

‘Wedden dat ik een topkok van je kan maken’, daagde Jamie mij uit.

Ik ben zijn uitdaging aangegaan. Eindelijk tijd vrijgemaakt om echt te koken. Nooit gedaan: geen tijd, geen zin, geen noodzaak toe. Terwijl ik al die tijd zeker wist dat het iets voor mij was: je maakt (om niet te zeggen: creëert) iets, het is niet al te veel werk, je kunt het op je gemak in je eentje doen, je moet er beetje bij nadenken maar gelukkig niet te veel, het resultaat volgt snel op de inspanningen, en als het mislukt dan is het geen ramp – morgen is er weer een dag, je hebt je best gedaan, en dat is misschien wel het belangrijkste, gelukkig was de wijn goed te drinken. Koken is zoiets als een column schrijven: onschuldig vermaak met voedingsmiddelen in plaats van woorden.

De belangrijkste eigenschappen van een goede kok zijn doorzettingsvermogen en een goede smaak.

Doorzettingsvermogen is onmisbaar: je moet op elk gerecht de ene variatie na de andere bereiden, net zo lang tot dat je de hoogste graad van perfectie hebt bereikt. Dat moet ook van Jamie: “Ik wil echt dat je gaat nadenken over en inzicht krijgt in smaken. Maar wat ik vooral graag wil is dat je zelf gevoel voor combinaties ontwikkelt, waardoor het ene idee vanzelfsprekend tot het volgende leidt en waardoor je leert dat sommige producten heel goed bij elkaar passen.”

Ik heb mijn best gedaan, zeker met de salade caprese. Omdat mijn dochtertje de versie zoals die in het kookboek staat niet lustte, heb ik deze op z’n Jamies aangepast. Yara houdt niet van uien, dus die zijn geschrapt. Haar smaak is te fijn ontwikkeld voor de vele scheppen peper en zout uit het originele recept, dus heb ik de peper weggelaten en het zout tot een minimum beperkt. Basilicum laat ze altijd liggen, dus doen we maar zonder. De in stukken gescheurde mozarella heb ik om haar ter wille te zijn eerst vervangen door kleine bolletjes en toen door feta. De eerste keer voegde ik volgens recept ’tomaten in verschillende keuren, vormen en maten toe’, nu alleen de cherrytomaatjes die bij de doelgroep het meest in de smaak vallen.

Waarmee ik op die tweede eigenschap kom: goede smaak. Ik proef wel degelijk het verschil tussen mijn salade caprese the next generation en de oorspronkelijke versie. Maar om nu te zeggen dat ik een bepaalde voorkeur heb – nee. Als de doelgroep tevreden is, ben ik het ook. Met als gevolg dat ik hopeloos miskleun als er iemand komt eten voor wie ik nog nooit heb gekookt.

Zoals laatst, toen ik een vriendin een plezier dacht te doen met mijn versie van een Siciliaanse couscous, een gerecht waarvoor zelfs iemand die Jamie tot een topkok heeft gemaakt enige moeite moet doen, en ik me voor in het zweet moet werken. Vergeefs deze keer, want na en paar happen hield de doelgroep het voor gezien. Niet dat ze me wilde ontmoedigen: “Ik kan me voorstellen dat je met deze ingrediënten een lekkere maaltijd kunt bereiden.”

Jamie, wedden van niet?

Deel:

Geef een reactie