Een ontevreden roker (Beschavingsbijwerking)

“Ik dacht dat ik de laatst overlevende roker in de stad was, maar jij blijkt er gelukkig ook nog te zijn. Wat heb je voor me meegebracht? Twee pakken zware shag, een slof sigaretten en een heuse sigaar, zie ik. Op de zwarte markt geruild zeker? Heb je gemerkt dat een sigaret sinds kort duurder is dan een joint?! Waar moet dat heen als het zo door gaat met het gedogen van drugs en het niet-gedogen van nicotine? Straks is een shot heroïne nog goedkoper dan een trek aan een sigaret! Ik denk dat ik dan ook overstap, de rest van de mensheid achterna richting een verblijf in de eeuwige roesvelden.

Weet je, ik zie alle maatregelen tegen roken als een bijeffect van de voortschrijdende beschaving. Want wordt niet vooral veel gerookt in minder ontwikkelde samenlevingen? Het kon toch geen toeval zijn dat kettingrokers vooral in het morsige Oost-Europa zo wijdverspreid zijn en in de moderne, smetvrije Verenigde Staten vrijwel uitgestorven? Natuurlijk niet! In primitieve omstandigheden worden mensen bezorgd wakker of ze de avond wel zullen halen en kunnen ze niet slapen uit angst voor de nacht. Een sigaret wil dan nog wel eens verlichting brengen.

Naarmate de welvaart zich verspreidt, raakt de strijd om het bestaan echter op de achtergrond. De verveling doet zijn intrede. En dan? De mens heeft behoefte aan problemen; als er geen echte problemen zijn, schept hij ze zelf wel. Hetgeen geschiedde: de publieke opinie keerde zich tegen ons rokers. Niet omdat roken nu werkelijk zo’n ramp is, want laten we wel wezen: dat valt wel mee. Maar de vooruitgang greep weer eens om zich heen en zoals gebruikelijk vielen daar slachtoffers bij. En dit keer waren niet de indianen, de slaven of de arbeidersklasse de pineut, maar wij – het welrokende deel der natie – het slachtoffer.

Welke bevolkingsgroep wordt het volgende slachtoffer?, vraag ik me af. Wordt homoseksualiteit straks de nieuwe maatschappelijke zonde? Worden hoerenlopers de nieuwe paria’s? Dikzakken? Autorijders? Ik vrees het ergste, want waarom zou het patroon zich niet herhalen? Het is een trieste paradox. De mens kan door wetten en regels voorkomen dat de samenleving vervalt tot anarchie. Maar de neiging om het leven te vatten in regeltjes keert zich tegen hem; in zijn conformisme moet de ene na de andere minderheid eraan geloven. Het rechtstelsel dat ooit vrijheid garandeerde, verwordt tot een onderdrukkingsmechanisme.

Het zij zo. Ik zou nog een heel betoog kunnen houden voor verdraagzaamheid, tegen manische regelzucht en destructief perfectionisme, tegen de neiging van mensen om zich van hype naar hype te laten meeslepen en zich te laten leiden door sentimenten in plaats van argumenten – maar weet je, laat maar zitten. Waarom je verzetten tegen het kennelijk onvermijdelijke? Steek er nog eentje op. En morgen doen we een dikke joint, want de prijzen van Afghaan dalen sneller dan wij een shaggie kunnen rollen.”

Deel:

Geef een reactie