Het geheim van het geheim (Nu de Henri-Sijthoffprijs niet is uitgereikt)

Het geheim van het geheim (Nu de Henri-Sijthoffprijs niet is uitgereikt)

“Wat is het geheime ingredïent?”, vraagt Kung Fu Panda in de gelijknamige film keer op keer aan zijn vader, die de lekkerste soep van de wereld maakt. Kung Fu Panda maakt soep volgens zijn vaders recept, maar is ontevreden over de smaak. Hij denkt dat dit komt omdat ‘het geheime ingrediënt’ van zijn vader ontbreekt. Jarenlang bekwaamt hij zich in het soep maken, jarenlang zoekt hij naar dat ‘geheime ingrediënt’, en jarenlang zeurt hij zijn vader erover aan zijn kop. Uiteindelijk verklapt zijn vader het geheim: “Er is geen geheim. Dat is het geheim.”

Van de week werd bekend dat de jury van de Henri-Sijthoffprijs voor het eerst in 61 jaar geen prijs heeft toegekend aan het AEX-fonds met het beste jaarverslag. “Betrokkenen zoals toezichthouders, werknemers, overheden en aandeelhouders moeten erop kunnen vertrouwen dat er een inzichtgevend document is, goedgekeurd door accountants. (…) In het jaarverslag moeten zaken staan die ertoe doen, zodat helder is welke strategische keuzes er door het bedrijf zijn gemaakt, wat het verdienmodel is en wat de belangrijkste risico’s zijn die de onderneming loopt.” Inzicht, helderheid, ’transparantie’ zoals dat tegenwoordig heet.

En daar schort het in de jaarverslagen aan: de AEX-ondernenemingen maken zich volgens de jury schuldig aan ‘sjabloongebruik, het mechanisch beschrijven van risico’s en juridisering van het verslag’. Angst is te veel een leidraad bij het opstellen van het jaarverslag door ondernemingen, vermoedt de jury. “Angst voor claims of andere repercussies.”

Die roep om meer transparantie is begrijpelijk. En er valt ook veel voor te zeggen. Meer inzicht in het reilen en zeilen van een bedrijf kan leiden tot meer vertrouwen: ‘daar zitten tenminste mensen die niets te verbergen hebben, bij hen weet je waar je aan toe bent, zij zullen mij niet bedotten’. Bij zo’n bedrijf wil je wel boodschappen doen, met zo’n bedrijf wil je wel samenwerken, zo’n bedrijf vertrouw je je centen toe.

Aan de andere kant: hoe transparant wil je het hebben? Té transparant kan ook. Als je te veel over je strategie prijsgeeft, speel je concurrenten in de kaart. Als je te veel over je kostprijs bekendmaakt, vraag je erom dat klanten gaan afdingen. En gaan ’transparantie’ en ‘vertrouwen’ wel gelijk op? Transparantie kan het vertrouwen vaak ondermijnen. Kijk maar naar alle berichten over zelfverrijking door topmanagers of over financiële malversaties: ontmaskeringen die niet bepaald bevorderlijk zijn voor het vertrouwen van de betrokken ondernemingen.

Is vertrouwen niet altijd gebaat bij een zekere mate van intransparantie?, kun je je afvragen. Zeker als het gaat om vertrouwen in leiders. Een goed leider heeft altijd iets ongrijpbaars, alsof hij een visionair is die de mensen in zijn omgeving altijd een stap voor is. Maar uiteraard is dat visionaire maar al te vaak gespeeld, een toverkunstje dat bedoeld is om te imponeren. En zou de leider zijn geloofwaardigheid kwijtraken als zijn volgelingen dat kunstje zouden doorzien. Zou hij zonder mist en mystiek in zijn blootje komen te staan.

Misschien is intransparantie wel het geheime ingrediënt dat goed leiderschap van excellent leiderschap onderscheidt. En lusten we zonder dat geheime ingrediënt de soep van suggestie die de leider ons opdient niet. Al zouden we maar al te graag willen: we geloven niet meer in hem.

Deel:

Geef een reactie