Waarin een kleine vis groot kan zijn (Leidinggeven en -nemen)

Voor wie geen genoeg krijgt van theorieën over leidinggevenden is de nieuwste film van de firma Walt Disney onmisbaar: Finding Nemo, een semi-bijbelse parabel vermomd als sprookje. Ik heb de film in de afgelopen weken zeker twintig keer gezien onder supervisie van een trainer (mijn dochter van drie). En gaandeweg ben ik door de prachtige animaties de werkelijke ‘anima’ gaan zien – een interessante boodschap voor iedereen die leiding geeft of neemt . Voor iedereen, dus.

In Finding Nemo wordt getoond hoe een vadervis Marlin (de leidinggevende) zijn zoon Nemo (de leidingnemende) verbiedt om de diepe zee op te zoeken. De angst en bezorgdheid van Marlin zijn verklaarbaar. Nemo is zijn enig overgebleven kind (Marlins vrouw en overige kinderen zijn opgegeten door een barracuda). Merlin is als de dood dat hij Nemo kwijtraakt. Maar zijn verbod pakt averechts uit. Nemo wil niet kort worden gehouden, hij wil het diep in, van alles ‘zelf doen’ (zoals mijn trainer ook van alles wil ‘zelf doen’, hoewel ze daar volgens haar vader nog te klein voor is). Nemo zwemt geïrriteerd weg en zijn vader raakt hem kwijt.

In de scènes hierna krijgen we te zien hoe zijn vader de ene na de andere ontbering moet doorstaan om zijn zoon terug te vinden, inclusief een oud-testamentische reis in de buik van een walvis – en elke keer redt zijn vertrouwen hem. Zo kan hij alleen uit de walvis ontsnappen door diens tong los te laten, in het vertrouwen dat de walvis hem wel zal uitspugen. Aan het einde van de film is hij controlfreak af, en is hij klaar voor het vaderschap – hij is een leidinggevende geworden die op zijn medewerkers durft te bouwen.

Zijn zoon heeft ondertussen zelfstandigheid geleerd; hij heeft bewezen dat hij zich zelfs in de gevangenschap van een aquarium een viswaardig bestaan kan opbouwen. Hij overwint zijn panische angst dat zijn vader hem alleen maar wil kort houden; hij leert inzien dat Marlin het zo slecht nog niet bedoelt. Aan het einde van de film is hij autoriteitsmijder af, en is hij klaar om zoon te zijn – om te vertrouwen op zijn vader, en diens kritiek niet als persoonlijke aanval maar als kans om zichzelf te verbeteren. Een kleine vis, maar groots genoeg om te groeien…

Mooi! Natuurlijk wel wat simplistisch, maar managementliteratuur is nu eenmaal niet bestemd voor verfijnde geesten. Alleen wel vreemd dat Finding Nemo als een kinderfilm in de markt wordt gezet en niet als instant managementklassieker.

Deel:

Geef een reactie