Ideologisch koningswater

…men leest hem uit culinair genoegen: niet om groot en sterk te worden, maar om de smaak, en de boodschap gaat om zo te zeggen ongemerkt naar binnen. Deze capaciteit van een tekst on esthetisch te overtuigen is in mijn oog niet iets bijkomstigs of negatiefs, maar juist een kenmerk van het ware; het berust niet op een in slaap sussen van het Kritisch vermogen, maar van inwendige weerstanden; het is misschien wel de enige chemische substantie die het pantser der vooroordelen vermag op te lossen, een soort ideologisch koningswater.

Rudy Kousbroek over Karel van het Reve (op de achterflap van mijn editie van Het Geloof der Kameraden). Dit citaat sterk mij in mijn overtuiging dat ‘stijl’ het enige is dat er toe doet in de kunst. Immers: een gedachte of de plot van een verhaal kun je navertellen, samenvatten of parafraseren. De stijl niet: dat is waarin de ene artiest van de andere onderscheidt. Ooit woedde er onder literatuurcritici strijd of het gaat om de ‘vorm’ of de ‘vent’ in een literair werk: om de manier waarop iets wordt verteld of wat er wordt verteld? M.i. dus om het hoe, de ‘vorm’. Deze veroudert ook veel minder snel dan het wat, de ‘inhoud’, de ‘vent’.

Enkele weken geleden werd bekend dat er geen wetenschappelijk bezorgd verzameld werk van Karel van het Reve komt. De reacties op dit nieuws liepen uiteen. Opmerkelijk was de reactie dat het werk verouderd zou zijn, zeker zijn anti-communistische geschriften. Ik weet niet meer wie dit gezegd heeft, maar het moet iemand zijn die denkt dat als de vent sterft, de vorm mee het graf in gaat.

Deel:

Geef een reactie