Wim de Ridder (hoogleraar Toekomstonderzoek Universiteit Twente): ‘De toekomst is aan de symbiose’

Wim de Ridder (hoogleraar Toekomstonderzoek Universiteit Twente): ‘De toekomst is aan de symbiose’

Hoe de toekomst er komt uit te zien, weet zelfs hoogleraar Toekomstonderzoek Wim de Ridder niet. Maar alles wijst erop dat de samenleving van de toekomst in hoge mate ‘symbiotisch’ wordt.

Een vaak voorkomend vooroordeel over futuristen en trendwatchers is dat ze zich verbeelden de toekomst tot in detail te kunnen voorspellen. Het clichématige beeld van de trendwatcher is dat van de waarzegster met de glazen bol. Hij of zij speldt tegen een vorstelijk honorarium goedgelovige toehoorders wat op de mouw over kleuren die het volgende najaar helemaal je van het zullen worden, over wat dan helemaal hipperdepip zal zijn bij toch al vreselijk hippe jongeren en welke digitrends ons leven dan oneindig veel makkelijker zullen maken. Een beeld dat weinig van doen heeft met de werkelijkheid.

Een futuroloog als Wim de Ridder (Universiteit Twente) houdt zich in elk geval op een serieuze, doorwrochte manier bezig met de toekomst. “En ik kan geen blauwdruk geven van de toekomst. Wel zoek ik naar de meest stevige bouwstenen om er iets over te kunnen zeggen, en dat zijn vaak technologische trends. Ik geloof niet dat technologie de samenleving bepaalt, maar ik zie wel dat technologie diep in de samenleving ingrijpt, al was het maar omdat het de grootste motor achter de economische groei is. Ook kun je de ontwikkeling van de technologie vaak met succes extrapoleren naar de toekomst. De in de chipindustrie zo belangrijke Wet van Moore stelt dat computerchips voortdurend beter presteren tegen een steeds lagere prijs. Deze wet geldt niet alleen in de chipindustrie, maar is bijvoorbeeld ook van toepassing op de drie nieuwe, ontluikende vakgebieden van nanotechnologie, robotica en genetica. Omdat nanotechnologie voor grote doorbraken in de prestaties van zonnecellen zal zorgen, durf ik te voorspellen dat we in 2025 met een energieoverschot komen te zitten dankzij de massaproductie van zonnecellen, die jaar op jaar én veel krachtiger én veel goedkoper worden.”

De technotrends waarop De Ridder zijn toekomstvoorspellingen baseert, geven het kader aan waarbinnen maatschappelijke veranderingen zullen plaatsvinden. Óf die veranderingen werkelijk plaatsvinden, hangt grotendeels af van de mens zelf, die veel meer invloed krijgt op de producten die op de markt komen. “In het algemeen kun je stellen dat heel ‘extreme’ producten niet zullen aanslaan, zeker niet als er een alternatief voorhanden is. Zo verwacht ik niet dat er veel auto’s op waterstof gaan rijden. Ik denk niet dat veel mensen in een voertuig zullen stappen dat vanwege ontploffingsgevaar nooit in een parkeergarage mag komen. De elektrische auto maakt dan veel meer kans. Thuis je auto opladen via het stopcontact – dat willen mensen veel liever. Kernenergie en CO2-opslag, al dan niet onder woonwijken, worden steeds minder geaccepteerd en de komst daarvan wordt steeds minder waarschijnlijk.”

Lonely Planet-effect

De voorspellingen van De Ridder zijn onder meer terug te vinden in boeken als het recente Vooruitzien is regeren -– Leiderschap in innovatie en het ambitieuze De wereld gaat open. In De wereld gaat open laat De Ridder zien hoe er een symbiotische samenleving verrijst. “De symbiotische samenleving is de opvolger van de netwerkmaatschappij. Het verschil is dat er in sociale netwerken meer structuur en hiërarchie komt, en dat mensen er meer samen doen. De symbiotische samenleving ontstaat door wat ik wel het Lonely Planet-effect noem. Vroeger ging je als je wilde reizen zelf op toeristische ontdekkingsreis. Je wilde zelf de wereld ontdekken.

Tegenwoordig gaan reizigers veel eerder af op informatie van anderen, van vrienden en van mensen die zij vertrouwen. Als zij je vertellen in welk hotel je het beste kunt slapen en in welk restaurant je moet eten, houd je meer tijd over voor andere dingen. Mensen naar wie wordt geluisterd, kunnen zo dus autoriteit verwerven. Dergelijke opinieleiders ondermijnen oude, hiërarchische structuren. Dit gebeurt in toenemende mate in de politiek, waar politici vaak een veel dunnere achterban hebben dan mensen die vanuit de ‘roots’ van de samenleving komen en in hoge mate de mening van anderen kunnen beïnvloeden.”

In een symbiotische samenleving hebben individuen met z’n allen ook grote invloed op het reilen en zeilen van bedrijven. “Bedrijven kunnen hierin meegaan, bijvoorbeeld door bij innovaties goed te luisteren naar buitenstaanders. Het blijkt vaak niet effectief om met een paar specialisten van het eigen bedrijf te proberen iets nieuws door te voeren als de ‘wisdom of the crowd’ buiten het bedrijf zoveel groter is. Je doet er als bedrijf dus goed aan om extern gericht te zijn, om informatie uit te wisselen met de buitenwereld en je daaraan aan te passen. Dit alles betekent wel dat je heel flexibel moet zijn.”

Crimineel

De Ridder is bepaald niet een en al enthousiasme over de symbiotische samenleving. De ‘masses’ geven immers lang niet altijd blijk van ‘wisdom’, vaak ook van domheid of zelfs wreedheid. “Ook criminelen kunnen in een symbiotische samenleving veel makkelijker samenwerken dan vroeger en daardoor de rechtstaat ondermijnen. De massa kan zelfs een nieuwe Holocaust ontketenen. Elk wapen kun je ten goede of ten kwade aanwenden, en dat geldt ook voor symbiotische instrumenten.” Maar, zegt hij, alles wijst erop dat de symbiotische samenleving onontkoombaar is. Organisaties kunnen er dus maar beter rekening mee houden en er waar mogelijk op inspelen.

Nu al blijkt dat wie de wetten van de symbiotische samenleving volgt, het beter doet dan degene die in zichzelf gekeerd is, zegt hij. “Kijk maar naar de aanleg van de Noord-Zuidlijn in Amsterdam, en vergelijk die met de aanleg van de Hubertus Tunnel in Den Haag. Twee ingewikkelde infrastructurele projecten. Amsterdam heeft groepen eigen ingenieurs ieder een eigen metrostation laten ontwerpen. In Den Haag zagen B&W in dat de ambtenaren onvoldoende verstand hadden van ingewikkelde projecten als de aanleg van een tunnel, en daar werd het ontwerp geheel overgelaten aan externe ingenieurs en aannemers. Kortom, Amsterdam heeft alles zelf willen doen, Den Haag heeft een veel symbiotischer weg gevolgd. De Noord-Zuidlijn kampt met enorme budgetoverschrijdingen en met uitstel op uitstel, terwijl de Hubertus Tunnel precies op tijd en binnen budget is opgeleverd.”

Artikel voor Second Sight, Foto: vimeo.com/87705744

Deel:

Geef een reactie