De schoonheid van circulair zakendoen volgens Marga Hoek (De Groene Zaak)

De schoonheid van circulair zakendoen volgens Marga Hoek (De Groene Zaak)

In september verschijnt Zakendoen in de nieuwe economie zeven vensters op succes, het nieuwe boek van Marga Hoek, bekend als directeur van De Groene Zaak. De presentatie gaat vergezeld van een eenmalige theatervoorstelling, Zeven vensters, waarin de ideeën uit het boek worden uitgebeeld. “Ik wil voor het eerst een samenhangende visie geven op zakendoen in de circulaire economie”, zegt Hoek. En laten zien hoe mooi dat is.

De Groene Zaak staat voornamelijk bekend als ‘groene’ tegenhanger van ondernemersvereniging VNO-NCW, maar helemaal terecht is dat niet. VNO-NCW is toch vooral een lobbyorganisatie die de belangen van werkgevers vertegenwoordigt. De Groene Zaak zet zich in voor de verduurzaming van de Nederlandse economie, en dient dus een breder belang dan dat van haar achterban. En al komt de Groene Zaak op voor de belangen van aangesloten bedrijven o.a. door bij de overheid aan te dringen op maatregelen om duurzaam ondernemen te belonen en vervuilers te straffen de organisatie heeft ook de trekken van een netwerk en een kennisinstelling.

Bijna 150 ondernemingen (‘bedrijven die voor het peloton uit gaan’, zoals Marga Hoek het verwoordt, ‘die voorop lopen in de transitie naar een duurzame economie’) zijn via De Groene Zaak met elkaar verbonden, evenals enkele tientallen wetenschappers die zijn aangesloten bij zusterorganisatie het Groene Brein. Theorie en praktijk vinden elkaar via De Groene Zaak, wetenschap en ondernemerschap komen er met elkaar in aanraking.

Zakendoen in de nieuwe economie zeven vensters op succes is hiervan de neerslag, zegt Marga Hoek. “Er zijn veel voorbeelden van succesvol duurzaam ondernemen, maar een overkoepelend beeld ontbreekt. Vanuit mijn positie heb ik dat overzicht wel, en kan ik een samenhangend verhaal vertellen over hoe de circulaire economie er straks uit kan komen te zien. Dat heb ik willen doen met dit boek. Waarbij ik overigens dankbaar gebruik heb gemaakt van de adviezen van ondernemers, geïnteresseerden die via sociale media konden bijdragen en wetenschappers van Het Groene Brein vooral die laatsten: 20 van hen zijn proeflezer geweest, en hebben mijn werk in alle ontwikkelingsstadia van waardevol commentaar voorzien.”

“De strekking van het boek is wat mij betreft dat het niet alleen mogelijk is om zaken te doen in een circulaire economie, maar dat het ook iets heel moois is. Niet alleen iets dat moet, iets waar we ons niet aan kunnen onttrekken, maar iets waar we met z’n allen echt beter van worden. Als de bedrijven die nu al duurzaam ondernemen maar navolging krijgen: zij geven het goede voorbeeld, dat rest van het bedrijfsleven zou moeten volgen.”

Deze boodschap heeft een passende verpakking gekregen, voegt ze toe. “Ik heb mijn best gedaan om een boek te schrijven dat leuk is om te lezen. Theorie en praktijk wisselen elkaar af. Er zijn uitstapjes naar de geschiedenis en er worden parallellen getrokken met andere culturen. En neem van mij aan dat de vormgeving aantrekkelijk is wacht maar tot het boek uit is!”

Toegankelijk

De toegankelijkheid van het boek wordt verder vergroot doordat Marga Hoek werkt met zeven vensters die veel ondernemers en managers bekend zullen voorkomen aangezien ze zijn vernoemd naar zeven klassieke managementgebieden.

De zeven vensters in kort bestek:

1. Klanten

Ondernemers en hun klanten staan in een circulaire economie in een andere relatie tot elkaar. ‘Korte’ transacties worden vervangen door lange termijnverbintenissen die resulteren in nieuwe verantwoordelijkheden en nieuwe belangen. De nieuwe economie is performance-based: consumenten nemen eerder diensten af dan producten. Zij kopen ‘licht in huis’, geen lampen. Ze kopen ‘mobiliteit’, geen auto. Ook na de ‘koop’ blijft er een relatie gedurende het leveren van de dienst. Producenten behouden hierdoor het eigendom van de producten en creëren dus een permanente grondstoffenbank. Na de gebruiksperiode keert een product terug bij de producent. Die verlaagt hiermee z’n afhankelijkheid van de virgin grondstoffenmarkt en verstevigt z’n economische zekerheid op de lange termijn.

2. Businesscase
Ondernemers redeneren niet meer vanuit hun eigen organisatie, maar vanuit de businesscase. Ze denken niet lineair door eerst naar zichzelf te kijken en op basis daarvan naar partners te zoeken, maar kijken met welke partijen ze waarde kunnen creëren.

3. Value Cycle
Duurzame ondernemers richten hun processen en operaties zo in dat afgedankte producten opnieuw worden ingezet. Producten krijgen letterlijk ‘het eeuwige leven’, omdat ze circulair zijn ontworpen en zo na verloop van tijd een constante grondstoffenbank vormen. Dus geen supply chains, maar value cycles.
Circulaire productontwikkeling is alleen mogelijk als de gebruikte materialen hoogwaardig zijn en zonder kwaliteitsverlies kunnen rouleren. Essentieel is dat de productiemethodiek volledige materiaalscheiding toelaat en leveranciers inleveren van afgedankte producten stimuleren. Deze manier van produceren vergt echter niet alleen vernieuwing van interne processen, maar ook externe samenwerking: verticaal voor een optimale inrichting van de keten (of liever de cyclus), horizontaal voor innovatieve ontwikkeling.

4. Schaalgrootte
Ondernemers onderkennen de kracht van de decentrale economie en zoeken primair op lokaal niveau naar mogelijkheden en verbindingen om hun business efficiënter en renderender te maken. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van secundaire grondstoffen uit het eigen of aanpalende industriële ecosysteem. Afval van bedrijf a, is grondstof voor bedrijf b.
Maar lokaal is niet sacraal en mondiaal niet van de duivel. Daar waar mondiale schaalgrootte een cruciale succesfactor is, worden concepten, met behulp van ICT-technologie, mondiaal ontwikkeld om vervolgens zoveel mogelijk decentraal te worden uitgerold.

5. Innovatie

Ondernemers kiezen niet voor innovatie binnen organisaties, maar collectieve innovatie tussen organisaties. Door die samenwerking en de bundeling van kennis, verkleinen ondernemers onzekerheid rondom de lancering van nieuwe producten. Dat staat haaks op de gesloten innovatie in de traditionele economie, waarin innovatie primair intern georganiseerd is en om controle draait. Ondernemers werken niet met gesloten R&D-afdelingen, maar maken die voor externen toegankelijk om innovatieve stromen van de ene naar de andere partij te stimuleren.

6. Financiering
Geld en reële waarde slapen weer op één kussen.
Ondernemers vermijden ‘korte’ financieringen met een hoog en dus kostbaar risicoprofiel. Ze maken hun businesscases primair sluitend door met behulp van creatieve constructies de financieringskosten te minimaliseren. Ook proberen ze risico’s zoveel mogelijk af te dekken en zekerheid te vergroten, bijvoorbeeld door langjarig diensten en goederen met elkaar te ruilen. Vreemd vermogen wordt aangetrokken met het oog op de specifieke meerwaarde ervan.
Financiële dienstverleners stellen bij de financieringsaanvraag het gemeenschappelijke doel weer centraal. Niet de vraag: ‘Wat kan ik met deze deal verdienen?’ is leidend, maar de vraag: ‘Wat maak ik met de financiering mede mogelijk?’. Financiële dienstverleners fungeren er niet als ‘geldmachines’, maar voorzien in waardecreatie op de lange termijn.

7. Leiderschap
Verder kijken dan je neus lang is, inzetten op competenties en de markt uitdagen: dat zijn kerneigenschappen van CEO’s en managers. Ondernemen vraagt om een visie die ‘verder rekent’ dan kwartaalcijfers en winstmaximalisatie. Leiderschap verbreedt zich en toont zich dan ook in het vermogen van CEO’s om de eigen onderneming logisch te positioneren in het lokale, regionale en mondiale krachtenspel en lange termijnsamenwerking boven concurrentie te plaatsen.
Dat vraagt bedrijfsoverstijgende visie. CEO’s zijn voortdurend lerend, onderkennen de dynamiek van de netwerkorganisatie, zijn in staat verbindingen te leggen en sturen binnen de eigen onderneming niet hiërarchisch op ‘zekerheden’, maar inspirerend op competenties. Immers, vastomlijnde patronen vallen weg. Een CEO moet meer dan ooit in staat zijn vanuit een breed zichtveld verbindingen te leggen en netwerken te creëren, ook buiten zijn eigen sector en ook met publieke partijen en overheden.

Tijd vooruit

De presentatie van Zakendoen in de nieuwe economie in september gaat vergezeld van een eenmalige theatervoorstelling, Zeven vensters, waarin de ideeën uit het boek worden uitgebeeld door een verteller (Ernst Daniël-Smit), journalisten, CEO’s, wetenschappers en kunstenaars (onder anderen de Braziliaanse choreograaf/danser Samir Calixto, die in een duet op ‘De vier jaargetijden’ van Vivaldi de circulariteit van de tijd verbeeldt.

“Dit lijkt me een ideale manier om de inhoud van het boek tot leven te brengen. Veel spannender dan alleen een borrel en wat toespraken, in elk geval. Bovendien spreekt de samenwerking met kunstenaars mij bijzonder aan. Kunstenaars zijn vaak hun tijd vooruit: ze kunnen op het hoogste systeemniveau werken, zonder zich al te veel te hoeven aantrekken van de dagelijkse beslommeringen die het zicht op de toekomst belemmeren.”

Zakendoen in de nieuwe economie zeven vensters op succes (Managementboek van het Jaar 2014)
Kluwer, EAN: 9789013109429
40 euro

Deel:

Geef een reactie