Hoe het zonder factcheckers verder ging

2025
Achteraf gezien een keerpunt, althans in de VS. Toen werden daar de factcheckers van Facebook ontslagen en kregen gebruikers van het platform zelf de macht om commentaar te leveren op mogelijk misleidende berichten, vergelijkbaar met het ‘Community Notes’-systeem dat X al eerder had ingevoerd. “Community Notes kunnen effectief zijn bij het ontkrachten van overduidelijke onwaarheden,” zei Joel Kaplan, het nieuwe hoofd Global Affairs van Meta, het moederbedrijf van Facebook. “Het systeem is transparanter dan factcheckers en geeft gebruikers meer autonomie.” Bovendien bleven Meta’s algoritmes en beeldherkenningssoftware speuren naar – ‘nod nod wink wink’ – problematische content.
Zelf presenteerde Meta dit als een maatregel om censuur tegen te gaan. Onzin natuurlijk. Zoals Peter Burger, factchecker en universitair docent in Leiden destijds al zei, is factchecken ‘het toevoegen van context, zoals een waarschuwingslabel op sigaretten’. “Het laat mensen vrij om te kiezen, maar geeft ze wel de informatie om een weloverwogen keuze te maken.”
2026 – 2029
Na deze ‘Meta-morfose’ ging het snel. Uiteraard waren veel gebruikers niet goed in staat om die ‘weloverwogen keuze te maken’ en om zonder ‘waarschuwingslabel’ van factcheckers zin en onzin van elkaar te scheiden. Facebook werd een poel van desinformatie met hier en daar een eilandje waarheid. Het onderscheid tussen feit en fictie werd hoe langer hoe lastiger te maken. De meeste mensen probeerden het ook niet meer. Waar was voor hen ‘wat de meerderheid vond’. Of ‘wat die influencer zegt’. Of ‘wat ik altijd al dacht’. Dat ‘de elite’ weer eens tegen ze samenspande. Dat de leugen regeerde. Maar dat nu de weg naar de waarheid kon worden ingeslagen dankzij dit ontmaskerende bericht en dat onthullende filmpje. Ze bepaalden zelf wel wat waar was.
En zo kreeg iedereen z’n eigen waarheid. De waarheid werd een mening, een soort ornament waarmee je je identiteit kon tonen. Zoals eerder, tijdens de coronacrisis ook al was gebeurd. Wie toen met grote stelligheid beweerde dat het coronavirus een verzinsel was, gaf daarmee tenslotte vooral aan over een rebelse geest te beschikken en niet tot die ellendige, parasitaire boven ons gestelden.
2030
Uiteraard duurde het niet lang voordat er een tegenbeweging werd ingezet. Die kwam opmerkelijk genoeg vanuit het bedrijfsleven. Niet dat bedrijven er moeite mee hadden om desinformatie te verspreiden, getuige de grote sommen geld die ze altijd hadden besteed aan reclame. Maar intern was het een ander verhaal. Bedrijven waren afhankelijk van betrouwbare, gedegen, 24-karaatsinformatie om goede beslissingen te kunnen nemen. Feiten werden voor hen heilig. Waar hun personeel vroeger vooral over empathisch vermogen, communicatieve vaardigheden en daadkracht moest beschikken, zagen bedrijven nu nuchterheid als belangrijkste kraktereigenschap. In het onderwijs en in de wetenschap (wegbezuinigd) konden feitelijk ingesteld mensen niet meer terecht, in de politiek (gedomineerd door desinformatie) al helemaal niet. Maar in het bedrijfsleven werden ze met open armen ontvangen. Als factcheckers maakten ze furore.
Deze zakelijk getinte waarheidsliefde ging gepaard met steeds grotere een onverholen minachting voor allerelei verzinsels. Niet alleen de desinformatie die op platforms als Faceook en X rondwaarde werd binnen bedrijven verfoeid. Er werd neergekeken op alles wat naar fictie neigde, helemaal op genres zoals science fiction omdat daar zo overduidelijk speculatief met feiten wordt omgegaan. Wie carrière wilde maken, ging alleen nog maar stiekem naar speelfilms. Kunstenaars golden niet meer als mensen die creatief omsprongen met de waarheid, maar als leugenaars. Fantasten.
Achteraf gezien werd dit waarheidsfundmentalisme al veel eerder ingezet. Toen het een gewoonte werd om auteurs van romans te vragen wat ze nu verzonnen hadden en wat ‘echt waar’ was. Toen acteurs steeds vaker werden ‘gecast’ op hun uiterlijk, afkomst en seksuele voorkeur en niet op hun acteervermogen. Toen amateursporters hun prestaties gingen meten.
2035
Zo ontstond een maatschappij waarin feit en fictie strikt gescheiden werden. Waarin aan de ene kant het waarheidsvirus rondwaarde, en aan de andere kant desinformatie om zich heen blieef grijpen. Een maatschappij met feiten als het domein voor de zakelijk ingestelde winnaars en fictie voor de maatschappelijke losers op de sociale media.
Maar ook een maatschappij waarin die winnaars een schraal geestelijk leven hadden en die losers geen enkele grip meer op hun leven hadden. Een maatschappij waaruit introspectie en speculatie verdwenen waren, nu de combinatie van feiten en fictie niet meer bestond. Een verstarde maatschappij zonder visie, innovatie en spiritualiteit.
Een tot nadenken stemmend artikel als dit verschijnt dan al helemaal niet meer.
Beeld: zelf gebakken met Dall-E 3