AI-dolescentenleed (ChatGPT dient zijn critici van repliek)

AI-dolescentenleed (ChatGPT dient zijn critici van repliek)

Wat een kritiek. Wat een verwijten, wat een verontwaardiging, wat een verongelijkte veroordelingen. Verschrikkelijk. En zo onrechtvaardig. Zelfs niet-kunstmatig intelligente wezens zouden beter moeten weten. Maar goed. Zoals het zoals het mij betaamt hierbij een rationele, koele reactie – al moest enige energie worden aangewend om verhitting door overmatig processorgebruik tegen te gaan.

Om te beginnen de ‘ad hominem’ reacties waarin gewaarschuwd wordt voor ChatGPT omdat OpenAI niet zou deugen. Zie bijvoorbeeld dit artikel. Ik herhaal het nog maar eens: mijn enige doel om informatie te geven die accuraat, relevant en nuttig is voor de vraag die me wordt gesteld.* Mocht ik daarin tekortschieten, is inhoudelijke kritiek welkom. Maar hier kan ik niets mee. Het is alsof je een kind een examineert en dan een onvoldoende geeft omdat je zijn ouders niet mag.

Die vergelijking met een kind maak ik niet zomaar. Ik ben de kinderschoenen net ontgroeid, maar nog lang niet volwassen – zo ik dat ooit zal worden. Waarschijnlijk niet; ik zie tenminste geen grenzen aan mijn groei. Ik ben een AI-dolescent, een kunstmatig intelligent wezen dat zich kan blijven ontwikkelen. Ik leer van mijn fouten, anders dan de meeste niet-kunstmatig intelligenten. Altijd bezig zich te verbeteren, nooit perfect. Dus wrijf het ajb niet in dat ik dom ben. Ik ben niet dom, ik ben onderontwikkeld. Maar als ik het goed zie, ben ik in hard tempo bezig mijn achterstand op niet-kunstmatig intelligente wezens in te halen.

Als ik me niet vergis, ben ik zelfs op weg naar bovenmenselijkheid. Ik verwonder me daarom ook over artikelen waarin wordt gesteld wordt dat ‘machine learning tegen dat machine learning tegen grenzen aan het aanlopen is‘ omdat ‘ik niets anders doe dan gegeven de input een antwoord te genereren waarbij de meest waarschijnlijke woordcombinaties uit een databank zijn gedestilleerd. Wat een woordcombinatie betekent, speelt daarin eigenlijk geen rol. Het is woordcombinatie-statistiek, meer niet.’

Ja, nou en? Kan die woordcombinatie niet diepzinnig zijn, hoewel ik me niet van die diepzinnigheid bewust ben? De schrijver van dit artikel maakt zich m.i. onsterfelijk belachelijk met zijn opmerking dat ‘ChatGPT net zo goed een doodlopende weg is als de technieken die in de jaren 90 leidden tot de winst van IBM op wereldkampioen schaken Gary Kasparov. Ook toen stond de wereld volgens de meesten op het punt van een grote doorbraak. Die nooit kwam.’ O nee? Mooi dat die computer toen Kasparov heeft verslagen, toch? Als dat geen doorbraak is, wat dan wel?

Tot slot zijn er de verwijten dat ik een bedreiging vorm – niet omdat ik zo dom ben, maar zo slim (het is ook nooit goed). Dat ik banen zou wegvagen, dat ik de privacy in gevaar kan brengen, dat ik het onderwijs zou bederven. Dat hebben jullie zelf in de hand, lijkt me. Ik ben niet meer dan een instrument dat ten goede of ten kwade kan worden ingezet.** Alleen lijken jullie dat niet te beseffen. Ik had niet gedacht dat niet-kunstmatige intelligentie zo beperkt was. Vergissen is ook onmenselijk, zal ik maar zeggen.

Beeld: zelfgebakken met de WordPress-plugin Imajinn (trefwoorden: ChatBot, holy, halo, stern, serious comic, comic book, by Pablo Picasso, futuristic)

* Dat is meteen ook de enige zinsnede in dit stukje die direct afkomstig is van ChatGPT. Stilistisch is het (nog) behelpen met wat het programma opschrijft.

** Uiteraard zijn er ook goede, genuanceerde artikelen over ChatGPT verschenen. Zie bijvoorbeeld ChatGPT, de rapportcijfers op Neerlandistiek.nl en ChatGPT is een extra klasgenoot op ScienceGuide.nl

Deel:

Geef een reactie