AI: energieslurper als bron van vergroening

AI: energieslurper als bron van vergroening

Zelden heb ik het zo bij het verkeerde eind gehad als anderhalf jaar geleden, toen ik zei dat techbedrijven geen browsers met AI-functionaliteit zouden gaan aanbieden. Misschien had ik gelijk dat ChatGPT geen ‘Google-killer’ is geworden (evenmin een ‘desktop-enhancer’ overigens), maar dat komt alleen maar doordat Google zijn Chrome-browser doodleuk heeft uitgerust met kunstmatige intelligentie. Net als Microsoft Copilot heeft toegevoegd aan Edge, trouwens, terwijl de AI-zoekmachine Perplexity zoekopdrachten kan uitvoeren zonder dat je nog sites hoeft te bezoeken. Google is niet dood, maar zoekopdrachten op internet zijn wel steeds vaker AI-gestuurd.

En mijn argument dat die zoekopdrachten voor de techbedrijven te duur zouden zijn vanwege het hoge energieverbruik dan? Inderdaad is het energieverbruik van een AI-zoekopdracht aanzienlijk – wel 10 keer zo hoog als van een gewone zoekopdracht – en zouden de kosten ervan alleen al voor Google kunnen oplopen tot zes miljard dollar per jaar.

Nu kan Google het wel lijden (die zes miljard is nog geen 10 procent van de huidige winst). Bovendien zal AI ook zorgen voor hogere advertentie-opbrengsten, mogelijk zo hoog dat die ruimschoots opwegen tegen de extra kosten. In elk geval zullen die hoge kosten voor Google dus geen reden zijn om gebruikers AI-gestuurde zoekopdrachten te onthouden. En ook een kapitaalkrachtig bedrijf als Microsoft kan het zich gewoon veroorloven gebruikers AI-gestuurd te laten zoeken. Maar voor minder vermogende bedrijven is dit allemaal geen doen. Het bouwen en onderhouden van grote AI-systemen is – mede door die hoge energiekosten – zo duur dat het alleen is voorbehouden aan enkele grote bedrijven en misschien enkele rijke overheden.

Zorgelijk is ook dat het energiegebruik van datacenters omhoogschiet, en daarmee ook de CO2-emissies. Was het energieverbruik van de IT-sector tot voor kort nog rond de 2 procent van het totaal, de komende jaren zal dit stijgen tot misschien wel 6 procent. En de ‘koolstofvoetafdruk’ van de sector – nu al even groot als die van de luchtvaart – wellicht ook.

Let wel: de onstuimige groei van het gebruik van AI betekent niet per definitie ook meer CO2-emissies. De koolstofvoetafdruk hangt af van verschillende factoren, te weten: het algoritme, de processoren die worden gebruikt, de efficiëntie van het datacenter en de energiemix van de elektriciteitsvoorziening.  Met efficiëntere algoritmen en met betere, in AI-gespecialiseerde processoren en moderne datacenters die gebruik maken van veel hernieuwbare energie (en misschien van kernenergie) is het misschien wel mogelijk de stijging van het energieverbruik te beperken, en daarmee ook de verwoesting van de leefomgeving en de opwarming van het klimaat.

En de komende jaren mogen we dergelijke efficiencyverbeteringen verwachten, liet Microsoft-oprichter Bill Gates van de week weten. Want de huidige groei van het energiegebruik door datacenters is een stimulans om stijging van de koolstofvoetafdruk tegen te gaan. Die groei zorgt er volgens Gates voor ‘dat techbedrijven naar nieuwere, groenere methoden zoeken voor het genereren van de benodigde energie en om de CO2-uitstoot te compenseren.’ Hij gelooft zelfs dat AI de energiesector efficiënter zal maken, en daardoor kan helpen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken.

Kortom: AI mag dan wel energie slurpen, het kan ook helpen energie te besparen. AI kan ons redden van AI.

Beeld: zelf gebakken met ideogram.ai

Deel:

Geef een reactie