Clickbait (Een Sci-Fai / Horrorverhaal)

Clickbait (Een Sci-Fai / Horrorverhaal)

SciFiHorror

Rick van der Berg heeft het perfecte systeem ontwikkeld: LUNA kan precies voorspellen wat influencers moeten doen om hun publiek te boeien. Wanneer Zoë Martens’ carrière instort, wordt zij zijn eerste testcase. Met angstaanjagende precisie transformeert Rick haar van een worstelende content creator tot een digitaal fenomeen. Maar wanneer zij begint te twijfelen aan haar eigen authenticiteit, merkt Rick dat zijn controle over haar afneemt. Onacceptabel.

HOOFDSTUK 1: REDDER IN NOOD

1 (Aangepast)

Rick van der Berg staarde naar het scherm van zijn laptop, dat een spookachtige vlek projecteerde op de muur van zijn donkere, Spartaans ingerichte kantoor. Buiten sloeg de Amsterdamse regen tegen de ramen van het grachtenpand waar hij zijn bureau had ingericht – functioneel, kaal, met drie gigantische monitoren die als moderne altaren het vertrek domineerden.

Influencer Zoë Martens stond er dramatisch voor. Haar bereik was in het afgelopen jaar gekelderd van ruim twee miljoen followers naar minder dan 1,5 miljoen. Haar engagementcijfers waren gedaald van 8,7% naar 2,1%. Dit waren niet zomaar tegenvallers – dit was een vrije val richting digitale vergetelheid.

“Perfecte timing”, mompelde Rick tegen zichzelf. Hij had weken gewacht op dit moment. De data logen niet, de patronen die hij had geleerd te lezen als een moderne waarzegger waren onverbiddelijk: ‘content-fatigue’, demografische verschuiving, de opkomst van jongere gezichten die haar ideeën kopieerden maar dan in een frissere uitvoering: alles had haar neergang voorspeld. Hij had alleen even moeten wachten op het moment dat ze het zelf doorhad dat ze in een neerwaartse spiraal terecht was gekomen.

Rick opende het document dat hij maandenlang had voorbereid: een gedetailleerde analyse van Zoë’s digitale ecosystem, compleet met user journey mapping en ROI-projecties. Hij had nog nooit met haar gewerkt, haar zelfs nooit ontmoet, maar hij kende haar click-through patterns beter dan de meeste mensen in haar leven. maar hij kende haar beter dan de meeste mensen in haar leven. Drie maanden intensieve research hadden hem alles geleerd over haar publiek, haar persoonlijkheid, haar psychological triggers, haar conversion bottlenecks.

En het leek hem dat zij nu wel wanhopig genoeg zou zijn.

Hij typte een berichtje: “Beste Zoë, ik ben Rick van der Berg, gespecialiseerd in creator-analyses, growth hacking en audience optimization. Ik heb je recent performance metrics geanalyseerd en zie mogelijkheden voor exponentiële groei. Interesse in een vrijblijvend gesprek? Ik garandeer dat ik binnen een maand je engagement kan verdubbelen via strategic content pivoting.”

Het was een gewaagde belofte, maar Rick had vertrouwen in zijn nieuwe systeem. LUNA v1.0 – Learning Universal Network Analytics – was zijn meesterwerk. Een AI-systeem dat niet alleen social media-data analyseerde, maar ook user personas opstelde, emotionele triggers identificeerde, en met angstaanjagende precisie het gedrag van zowel makers als hun publiek voorspelde. Rick voegde zijn CV toe – opleiding, informatie over de influencers met wie hij eerder had gewerkt – en drukte op ‘send’.

Zoë’s antwoord kwam binnen twintig minuten: “Hoe snel kun je hier zijn?”

Rick glimlachte, een dunne streep die zijn ogen niet bereikte. Wanhoop maakte mensen voorspelbaar, en voorspelbare mensen kon hij helpen.

Een uur later stond hij voor Zoë Martens’ appartement in de Jordaan. Door de Ring-camera zag hij haar aarzelen voordat ze opendeed – haar meestal perfect gestylede haar hing slap langs haar gezicht, ze droeg een oversized hoodie die haar wilde verstoppen. Ook dat was data: wanneer Zoë zich onzeker voelde, vluchtte ze in 89% van de gevallen grote kleding.

“Rick?” Ze opende de deur, en hij zag de vermoeidheid in haar ogen. “Kom binnen. Sorry voor de chaos.”

Het appartement was een Instagram-droom die aan het instorten was: perfect opgestelde vintage meubels, kunstzinnige boekenplanken, maar met overal lege afhaalcontainers en stapels onbeantwoorde fanmail. Het was de fysieke manifestatie van een persoon die de controle over haar digitale leven verloren had.

“Dank je dat je tijd hebt”, zei Rick, terwijl hij zijn laptop uit zijn tas haalde. “Ik weet dat het een moeilijke periode is.”

“Moeilijk is een understatement.” Zoë liet zich vallen op haar designerbank. “Zes maanden geleden voelde ik me onaantastbaar. Nu lijkt het alsof alles wat ik post in een zwart gat verdwijnt.”

Rick knikte begripvol terwijl hij zijn systeem opstartte. Ik heb je Je audience retention metrics gezien” beaamde Rick. “Het probleem is niet je content quality of je personal brand. Het probleem is dat je werkt zonder systematische funnel optimization. In 2026 is organic reach zonder data-driven strategy niet meer scalable.”

Zoë kinkte, alsof ze zijn geheimtaal doorgrondde.

Hij draaide zijn laptop naar haar toe. LUNA’s interface vulde het scherm – een controlepaneel dat eruitzag als missiecontrole voor een ruimtemissie, vol real-time analytics, heatmaps en predictive algorithms.

Zoë’s keek als een konijn in de koplampen.

“Dit is LUNA. Learning Universal Network Analytics. Net nieuw. Ik heb het ontwikkeld voor high-performance content creators zoals jij.” Rick stond op, wees naar de verschillende modules. “Check dit: LUNA heeft geanalyseerd wanneer je posts het beste presteren, welke emoties het sterkste resoneren met je publiek, zelfs hoe je gezichtsuitdrukkingen correleren met like-verhoudingen.”

Zoë kwam naast hem staan. Ze rook naar dure parfum – Chanel Gabrielle, zag Rick in zijn aantekeningen – maar ook naar stress-zweet en te veel koffie.

“Dit is echt…crazy”, fluisterde ze, wijzend naar een grafiek die haar emotionele pieken in kleur weergaf. “Hoe weet dit systeem wat ik voelde?”

“Gezichtsherkenning, stemanalyse, contextanalyse van je onderschriften. LUNA ziet micro-expressies die het menselijk oog mist.” Rick klikte verder. “Maar dat is nog niets. Check deze predictive modeling.”

Een nieuwe grafiek vulde het scherm, deze keer met voorspellingen.

“LUNA heeft je publiek geanalyseerd. Ze kan je vertellen wat voor content ze willen consumeren voordat zij het zelf realiseren. Bijvoorbeeld: over twee weken ontstaat er een viral opportunity rond sustainable fashion. Als je nu begint met strategic content seeding, capture je de early-adopter segment voordat de trend mainstream wordt.”

Zoë begreep het: “Dus ik kan er aandacht aan besteden voordat iedereen dat doet.”

“Yep.”

Voor het eerst in maanden zag hij hoop in haar ogen. Het was een blik die hij zou leren aanbidden: de manier waarop ze naar hem keek alsof hij de oplossing had voor de problemen die haar ’s nachts wakker hielden.

“Ik ben wel geïnteresseerd zij ze.”

Wat wil je ervoor?” vroeg ze.

“Dertig procent van je inkomsten, exclusief performancebonussen.”

Zoë moest nadenken.

“Voor een jaar, waarin je precies doet wat LUNA voorschrijft. Wij gaan jou managen. Exclusief.”

Zoë knikte. “Een jaar is te overzien.”

“Volledige toegang tot je accounts, je content calendar, je persoonlijke gedrags data. LUNA werkt het beste als ze een compleet profiel heeft.

“Oké.” Ze zei het zonder aarzeling. “Wanneer kunnen we beginnen?”

“Nu.” Rick opende een ander scherm. “Ik heb al een content strategy voorbereid voor de komende week. LUNA voorspelt een 340% engagement lift als je deze optimization parameters volgt.”

De volgende twee uur werkten ze samen. Rick toonde haar hoe LUNA haar posts kon optimaliseren: de perfecte timing (woensdag 19:47, wanneer haar publiek net klaar was met eten maar nog niet met Netflix begon), de ideale kleuren (warme tinten scoorden 23% beter bij haar demografische groep), zelfs de optimale lengte van haar onderschriften (honderdzevenentwintig karakters).

Zoë absorbeerde alles als een spons. Maar af en toe schemerde haar onwetendheid door. Ze stelde vragen zoals “En dat werkt echt?” en reageerde vaak met “Uh huh” of “Oké…” wanneer hij technische termen gebruikte. Waarop hij er nog maar een paar technische termen tegenaan gooide.

“Check morgen maar je statistieken”, zei Rick toen ze klaar waren. “LUNA liegt nooit.”

De volgende ochtend werd Rick wakker met zijn telefoon die constant meldingen gaf. Zoë’s post van de vorige avond – een ‘spontane’ video waarin ze kookte volgens LUNA’s specificaties – had in twaalf uur meer reacties van gebruikers gegenereerd dan haar vorige vijf posts samen.

“RICK!!!” stond er in haar bericht, gevolgd door een screenshot van haar analytics dashboard. “Dit is waanzinnig! Hoe krijg je dit zo voor elkaar?!”

Rick glimlachte, nippend van zijn ochtendkoffie terwijl hij LUNA’s real-time metrics bekeek. Alle voorspellingen waren uitgekomen. Hij voelde de vertrouwde golf van voldoening, de bevestiging dat zijn growth hacking methodologie perfect functioneerde.

Hij typte terug: “Dit is nog maar het begin. Wacht maar af wat we deze week gaan doen.”

Wat Rick niet naar Zoë communiceerde was hoe hij zich voelde toen hij haar opwinding zag. Het was meer dan professionele trots. Er was iets intiems aan de manier waarop zijn systeem haar leven kon voorspellen en verbeteren. Hij kende haar persona beter dan zij zelf, hij zag patronen in haar gedrag die zij niet eens opmerkte. Hij kende haar beter dan zij zichzelf.

HOOFDSTUK 2: EEN NIEUWE WERKELIJKHEID

2 (Aangepast)Zes weken later was Ricks kantoor getransformeerd. Waar eerst drie monitoren stonden, hingen nu vier formidabele gebogen schermen tegen elkaar aan. Samen vormden ze een grote curve, een halve cirkel bijna, in het midden waarvan Rick plaats kon nemen om een overzicht te krijgen van Zoë’s digitale universum. Realtime betrokkenheidsstatistieken, gevoelsanalyses, trendvoorspellingen – het was een missiecontrolecentrum gewijd aan één persoon.

“Je hebt je eigen NASA-centrum”, lachte Zoë toen ze binnenkwam voor hun wekelijkse strategiebijeenkomst. Ze droeg de outfit die LUNA had aanbevolen voor vandaag: een vintage band-shirt (authentiek genoeg voor Gen Z, nostalgisch genoeg voor Millennials) en high-waisted jeans (flatterend voor haar figuur volgens de gezichtsherkenningsdata).

“Beter dan NASA”, zei Rick, terwijl hij naar haar keek. Zes weken onder begeleiding van LUNA’s hadden Zoë goed gedaan, constateerde hij. Haar houding was zelfverzekerder, haar bewegingen bewuster. Ze wist nu dat ze meer interactie kreeg wanneer ze iets naar links keek in plaats van recht in de camera, dat haar linkerhand expressiever was dan rechts, dat glimlachen met gesloten mond bij haar mysterieuzer overkwam dan open.

“NASA ontdekt alleen wat er al bestaat”, vervolgde hij. “Wij creëren een nieuwe werkelijkheid.”

Het was geen loos gepraat. Zoë’s betrokkenheid was in anderhalve maand gestegen van 2,1% naar 11,3% – hoger dan haar historische piek. Het aantal followers groeide met duizenden per dag. Maar belangrijker: ze hadden nieuwe marketingdeals gesloten ter waarde van zes cijfers. LUNA had niet alleen haar relevantie hersteld, het had haar naar een hoger niveau gebracht. Zoë waarde was toegenomen.

“Oké, wat staat er deze week op het programma?” vroeg Zoë, terwijl ze ging zitten op de designerstoel die Rick specifiek voor haar had gekocht – ergonomisch perfect, en in een kleur die goed contrasteerde met haar huid voor de videogesprekken die ze voerde.

Rick opende LUNA’s voorspellingsmodule. “Interessant. Het systeem voorspelt een verschuiving in je publiek’s psychografische profielen. Check dit.”

Hij wees naar een grafiek die liet zien hoe Zoë’s volgers de afgelopen weken waren veranderd. “Je trekt een nieuwe demografische groep aan: hogeropgeleide vrouwen, achtentwintig tot vijfendertig, met een bovengemiddeld besteedbaar inkomen. Ze houden van je omdat je intelligente entertainment biedt. Vaak wel tenminste.”

Zoë leunde naar voren. “Wat betekent dat voor mijn eh.. content strategy?”

Die uitdrukking kende ze onderhand.

“We gaan de diepte in”,, zei Rick. Minder oppervlakkige lifestyle-posts, meer substantie. LUNA heeft geanalyseerd dat je publiek hunkert naar intellectueel prikkelende content in jouw stijl.” Rick klikte naar de volgende slide. “Ik denk aan posts over kunst, filosofie, wetenschap – maar dan wel in jouw stijl.”

“Ik weet niets van filosofie”, protesteerde Zoë.

“Dat hoeft ook niet. LUNA heeft een inhoudsbibliotheek van vooraf onderzochte onderwerpen die passen bij jouw stem en persoonlijkheid. Jouw brand personality. Het systeem schrijft de outline, jij geeft er jouw emotie en charisma aan.”

Rick opende een document dat eruitzag als een uitgebreide scriptbijbel. LUNA had onderwerpen gerangschikt op basis van trendpotentieel, compatibiliteit met Zoë’s merkwaarden en de interesse bij het publiek. Van Stoïcijnse filosofie toegepast op moderne dating tot kwantumfysica uitgelegd aan de hand van beautyschema’s.

“Dit is… heftig”, mompelde Zoë, scrollend door de lijst. “Het voelt alsof je in mijn hoofd kunt data-minen.”

Ook dat woord kende ze inmiddels, constateerde Rick. Hij glimlachte. Zoë had geen idee hoe accuraat haar opmerking was. “LUNA leert van alles wat je doet”, zei hij voorzichtig. “En wordt steeds beter.”

Ze bleven elkaar aankijken, de stilte gevuld met de zachte hum van de computers. Rick voelde zijn hartslag versnellen. Hij wist exact wat Zoë’s micro-expressies betekenden – LUNA had hem geleerd haar gezicht te lezen als een boek. De lichte verwijding van haar pupillen, de manier waarop haar lippen iets uit elkaar gingen, hoe ze haar hoofd een fractie naar hem toe boog.

“Rick”, zei ze zacht. “Mag ik je iets persoonlijks vragen?”

“Natuurlijk.”

“Waarom doe je dit? Ik bedoel, je bent briljant. Je zou dit systeem kunnen verkopen aan Google, Facebook, iedereen. Waarom werk je met influencers zoals ik?”

Rick draaide zijn stoel weg van de monitoren, naar haar toe. Hij had deze vraag verwacht – LUNA had voorspeld dat ze hem zou stellen zodra ze comfortabel genoeg was. “Omdat”, zei hij langzaam, “grote corporaties data gebruiken om mensen te manipuleren voor winst. Ik gebruik data om individuen te helpen het beste uit zichzelf te halen.” Het was deels waar.

“Dat is… eigenlijk heel mooi”, zei Zoë. “De meeste managers zien me gewoon als een geldmachine.”

“Je bent veel meer dan dat.” Rick hoorde de woorden uit zijn mond komen voordat hij ze kon tegenhouden. “Je bent… fascinerend. LUNA analyseert duizenden makers, maar niemand is zo complex als jij.”

Zoë bloosde, een lichte roze kleur die Rick had geleerd te associëren met plezier en aantrekking. Volgens LUNA’s gezichtsanalyse was dit een authentieke emotionele reactie, geen sociale performance.

“Wil je vanavond misschien blijven eten?” vroeg ze plotseling. “Ik bedoel, we zijn zoveel met werk bezig, maar ik realiseer me dat ik je eigenlijk helemaal niet ken. Buiten deze” – ze gebaarde naar de monitoren – “digitale kathedraal.”

Ricks hart sloeg over. Maar hij wist zich te beheersen. “Ik geloof niet dat ik al een andere afspraak heb.” Hij pakt zijn telefoon erbij en deed alsof hij zijn agenda moest raadplegen. “Nee… dus ja, graag.”

Die avond kookten ze samen in Zoë’s appartement. Rick had verwacht dat het ongemakkelijk zou zijn – hij was niet gewend aan puur sociale interacties zonder zakelijke doeleinden. Maar LUNA had Zoë zo goed geanalyseerd en hij had LUNA’s analyses zo goed bestudeerd dat hij wist hoe hij haar aan het lachen kon maken, welke onderwerpen haar interesseerden, hoe hij haar emotioneel moest benaderen.

“Je bent anders dan ik dacht”, zei Zoë terwijl ze wijn inschonk. “Eerst leek je zo… analytisch. Koud. Maar je hebt ook een andere kant. Warm.”

Rick glimlachte, maar vanbinnen voelde hij een steek van ongemak. had hij inderdaad een warme kant? Of gebruikte hij LUNA’s inzichten om warmte te simuleren? De grens tussen zijn echte zelf en zijn data-geïnformeerde persona was de laatste weken steeds vager geworden.

“Misschien leer je mensen beter kennen wanneer je ze goed observeert”, zei hij.

“Observeert”, herhaalde Zoë. “Is dat wat je met mij doet?”

Er was iets in haar toon – half plagend, half serieus. Rick zette zijn wijnglas neer.

“Zoë, ik weet dat het intensief is, wat we doen. Al die data, al die analyse. Voel je je er wel comfortabel bij?”

Ze dacht na, keek uit het raam naar de gracht beneden. “Het is raar”, zei ze uiteindelijk. “Aan de ene kant voel ik me meer mezelf dan ooit. Door jouw systeem begrijp ik patronen in mijn eigen gedrag die ik nooit had opgemerkt. Maar aan de andere kant…”

“Wat?”

“Soms vraag ik me af of ik nog wel spontaan kan zijn. Of alles wat ik doe al door een algoritme is voorspeld.”

Rick voelde paniek opkomen. Was ze aan het twijfelen? LUNA had dit scenario niet voorspeld.

“Spontaniteit is overschat”, zei hij snel. “Check je resultaten. Je bent gelukkiger, succesvoller, zekerder van jezelf. Dat is toch het belangrijkste?”

Zoë keek hem aan. “Je hebt gelijk”, zei ze. “En bovendien…” Ze leunde naar hem toe. Ze kuste hem. Rick voelde de wereld vertragen, zijn data-gedreven controlecentrum smolt samen met een pure, biologische sensatie. Toen ze zich terugtrok, staarde ze hem aan met een intensiteit die hij niet van haar posts en filmpjes kende.

“Dit had je niet verwacht. Dit stond niet in de data geschreven.” fluisterde ze.

“Nee”, loog Rick. LUNA had dit al dagen geleden voorspeld.

Later die nacht, met Zoë naast hem in bed, lag Rick wakker en staarde naar het plafond. Hij voelde zich tegelijkertijd triomfantelijk en leeg. Hij had haar hart veroverd, maar was het wel een echte verovering? Of had hij gewoon het juiste script gevolgd?

Hij pakte zijn telefoon en opende LUNA’s interface. In het donker van de slaapkamer baadde zijn gezicht in blauw licht terwijl hij Zoë’s data van vandaag bekeek. Hartslagvariaties, emotionele pieken, zelfs haar slaappatronen – alles werd gemonitord door de slimme apparaten die Rick van haar mocht gebruiken.

Rick keek naar Zoë’s slapende gezicht, zo vredig en onbewust van het digitale panopticon dat haar omringde. Hij voelde een golf van bezitterigheid die hij niet eerder had ervaren. Ze was niet alleen zijn cliënt meer – ze was zijn creatie, zijn meesterwerk, zijn digitale Galatea. En hij haar Pygmalion.

HOOFDSTUK 3: RUIS

3. (Aangepast)Drie maanden later was Rick van der Berg niet meer gewoon Zoë’s manager – hij was haar digitale architect, haar data-profeet en haar minnaar. Hun relatie had een intensiteit die grensde aan het mystieke: hij voorspelde haar behoeften, zij vertrouwde hem haar volledige zelf toe.

“Check dit”, zei Rick, en hij wees naar LUNA’s controlepaneel in zijn kantoor. Het systeem was geëvolueerd tot versie 2.3, met nieuwe modules om Zoë’s emoties te voorspellen, haar leven in te richten volgens haar circadiaanse ritme en met wat Rick zelf zijn ‘intimiteitsalgoritmes’ noemde. “Je stemmingscycli correleren perfect met je inhoudsprestaties. Wanneer je verdrietig bent, reageert je publiek met 23% meer empathie-gedreven engagement.”

Zoë, die op de rand van zijn bureau zat met bungelende benen, bekeek de grafieken met een mengeling van fascinatie en ongemak die Rick had geleerd te herkennen. “Soms voelt het alsof ik een experiment ben”, zei ze, haar vingers door zijn haar strelend. “Een zeer succesvol, zeer winstgevend experiment.”

Rick haalde zijn schouders op. Hij draaide zijn stoel naar haar toe, zijn handen op haar knieën. “Check wat we bereikt hebben. Als het een experiment is, dan een zeer geslaagd experiment. ”

Het was waar. Zoë Martens was in vier maanden getransformeerd van een influencer met een afkalvende volgersschare naar een multimediaal fenomeen. Haar podcast ‘Minds and Metrics (Ricks titel, geoptimaliseerd voor zoekalgoritmes) trok wekelijks tweehonderdduizend luisteraars. Ze had deals gesloten met L’Oréal, Apple, en Netflix. Vogue Nederland had haar op de cover gezet met de kop “De Digitale Filosoof”.

Maar meer dan dat: ze straalde. Haar inhoud had een scherpte en diepte gekregen die haar oude lifestyle-posts misten. LUNA’s persoonlijkheidsanalyse had blootgelegd dat Zoë’s ware passies lagen in psychologie en menselijk gedrag – iets dat ze zelfs van zichzelf niet had geweten.

“We zijn het machtigste koppel van de influencer-economie”, glimlachte Rick, terwijl hij haar dichter naar zich toe trok. “Verstand en schoonheid, data en intuïtie.”

Zoë lachte, maar Rick zag de micro-expressie die LUNA hem had geleerd te herkennen: een lichte spanning rond haar ogen wanneer ze zich performatief voelde. Ze deed alsof ze gelukkig was, maar er was iets dat haar dwars zat.

“Wat is er?” vroeg hij.

“Niets. Gewoon…” Ze keek naar de monitoren, naar de realtime feed van haar sociale media. “Soms mis ik de chaos. Van niet weten wat er ging gebeuren.”

Rick herkende het waarschuwingssignaal. LUNA had voorspeld dat Zoë uiteindelijk zou gaan verlangen naar spontaniteit – het was een natuurlijke reactie op de verhoogde controle die ze over haar leven en werk had bemachtigd. Hij had strategieën voorbereid voor dit scenario.

“We kunnen chaos introduceren”, zei hij. “Gecontroleerde chaos. LUNA kan willekeurige elementen genereren die spontaan voelen maar strategisch functionaal zijn.”

Zoë keek hem aan met een blik die hij niet kon plaatsen. “Rick, luister je jezelf wel? Je wilt mijn spontaniteit algoritmisch genereren?”

Voordat Rick kon antwoorden ging de deurbel.

“Oh!” Zoë sprong van het bureau. “Ik was hem helemaal vergeten. Hij is een journalist die een artikel over me wil schrijven voor De Correspondent. Hij wilde even kennismaken.”

“Waarom heb je dit niet in je agenda gezet?” Ricks stem was scherper dan hij had gewild.

“Het was spontaan. Hij belde gisteren.” Zoë keek hem vreemd aan. “Is dat een probleem?”

Rick forceerde een glimlach. “Natuurlijk niet. Maar volgende keer graag even overleggen. Media-interviews hebben impact op je merkvertelling.”

“Oké, papa”, zei Zoë sarcastisch. “Stuur hem maar door.”

Thomas Vermeer was niet zoals Rick had verwacht. Geen typische entertainment-journalist met achterovergekamd haar en designerkleding. In plaats daarvan was hij ruig aantrekkelijk op een intellectuele manier: wild haar, vintage bril, kleding die duur was maar niet opzichtig. Hij droeg een canvas tas vol boeken en rook naar koffie en sigaretten.

“Zoë!” zei hij met een glimlach die Rick onmiddellijk irriteerde – te vertrouwd, te warm. “Dank je dat je tijd hebt. Ik ben Thomas.”

“Natuurlijk. Dit is Rick, mijn manager.”

Thomas schudde Ricks hand. Zijn greep was stevig maar niet uitdagend, zijn oogcontact direct maar niet agressief. Rick probeerde hem te lezen zoals hij geleerd had van LUNA – micro-expressies, lichaamstaal, stemtonaliteit – maar Thomas was een gesloten boek.

“Interessante opstelling”, zei Thomas, kijkend naar de monitoren. “Lijkt op Homeland.”

“Het is voor analyses”, zei Rick defensief. “Publieksinzichten, inhoudsoptimalisatie.”

“Ah.” Thomas knikte, maar Rick zag geen oordeel in zijn gezicht, geen fascinatie, geen afkeuring. Alleen milde interesse. “En dat werkt?”

“Check Zoë’s opkomst de afgelopen maanden”, zei Rick.

‘Check’, grapte Thomas.

Thomas keek naar Zoë in plaats van naar de data. “En hoe is dat voor jou? Die publieksinzichten en inhoudsoptimalisatie?”

Het was een simpele vraag, maar de manier waarop hij het vroeg – direct, zonder agenda, met echte nieuwsgierigheid – maakte dat Rick zich ongemakkelijk voelde. Journalisten vroegen meestal naar strategie, naar bedrijfsmodellen, naar succesmeetwaarden. Thomas vroeg naar gevoel.

“Het is krachtig”, zei Zoë. “Maar ook…”

Ze pauzeerde, en Rick zag haar denken. Hij wilde interrumperen, het gesprek naar veiliger terrein sturen, maar Thomas wachtte geduldig, zonder haar te pushen.

“Complex”, maakte Zoë haar zin af. “Soms weet ik niet meer wat mijn echte mening is en wat geoptimaliseerd is voor betrokkenheid.”

“Dat is normaal”, viel Rick haar in de rede. “Groei en zelfontwikkeling zijn altijd complex. Je bent gewoon geëvolueerd voorbij je oude zelf. Dat is wennen.”

Thomas keek hem aan met een blik die Rick plotseling heel duidelijk maakte dat hij ongewenst was. “Misschien kunnen Zoë en ik even alleen praten?” zei Thomas beleefd. “Voor het interview?”

“Rick is meestal aanwezig bij interviews”, zei Zoë. “Voor merkconsistentie.”

“Ik snap het”, zei Thomas. “Maar voor dit artikel ben ik meer geïnteresseerd in jouw persoonlijke perspectief. Niet in je merk.”

Er viel een stilte. Rick kon moeilijk weigeren, dat zou te heerszuchtig overkomen. Maar het idee dat Zoë met deze man zou praten, zonder dat hij het kon observeren en zonder LUNA’s realtime analyse – dat maakte hem panisch.

“Natuurlijk”, zei hij. “Ik ga lunch halen. Jullie hebben genoeg aan aan een uur?”

“Perfect”, zei Thomas.

Rick verliet zijn eigen kantoor en liep naar het café beneden, maar in plaats van te bestellen ging hij in een hoek zitten waar hij door het raam naar boven kon kijken. Hij opende LUNA op zijn telefoon en bekeek Zoë’s realtime data – haar smartwatch trackte nog steeds haar hartslag, stressniveau en bewegingen. Na twintig minuten zag hij de dataverschuivingen die hij vreesde: verhoogde hartslag, maar niet van stress. Van opwinding. Van interesse. Van het soort fysiologische prikkeling dat Rick had geleerd te associëren met aantrekking.

Hij stormde terug naar boven.

Thomas en Zoë zaten tegenover elkaar, niet achter Ricks bureau maar op de loungestoelen die hij voor ontspannen meetings had geïnstalleerd. Ze lachten om iets dat Thomas had gezegd, een lach die Rick niet herkende – spontaner dan haar gebruikelijke sociale lachen. Het klonk hem als ongewenste muziek in de oren.

“Hé”, zei Rick, met gespeelde ongedwongenheid. “Hoe gaat het interview?”

“Geweldig”, zei Zoë, maar ze keek niet naar Rick. Haar focus bleef op Thomas. “We hadden het over authenticiteit in het digitale tijdperk. Thomas heeft fascinerende ideeën over parasociale relaties.”

“Oh?” Rick ging zitten, probeerde het gesprek naar zich toe te trekken. “Dat is precies wat LUNA analyseert. Parasociale binding is kwantificeerbaar – betrokkenheidsratio’s, commentaarsentiment, historische patronen.”

Thomas keek hem aan met diezelfde milde interesse. “Maar denk je niet dat het kwantificeren van iets fundamenteel verandert wat het is? Dat het meten van parasociale relaties ze minder… echt maakt?”

Het was een filosofische vraag, maar Rick hoorde de kritiek eronder. “Data liegen niet”, zei hij. “Gevoelens kunnen misleidend zijn.”

“O ja? Of is dat wat we onszelf vertellen omdat data veiliger voelen dan gevoelens?”

Rick voelde irritatie opborrelen. Deze man was een journalist, geen expert. Hij had geen systemen, geen database, geen track record van verifieerbare resultaten. Hij had alleen meningen en vragen.

“Onzekerheid is gewoon inadequate informatie”, zei Rick. “Met genoeg data is alles voorspelbaar.”

“Alles?” Thomas glimlachte. Rick wist niet of hij spot of medelijden uitdrukte. “Zelfs liefde?”

Rick keek naar Zoë, die Thomas aanstaarde met een uitdrukking die Rick niet kende uit LUNA’s database. Hij kon het niet thuisbrengen.

“Vooral liefde”, zei Rick, maar zijn stem klonk minder overtuigend dan hij had gehoopt.

Thomas en Zoë wisselden een blik – kort, maar geladen met een betekenis die Rick niet kon decoderen.

Voor het eerst sinds hij LUNA had ontwikkeld, voelde Rick zich blind, informatiearm, afgesneden van de datastromen die hem normaliter alwetendheid gaven. En in dat moment van blindheid realiseerde hij iets angstaanjagends: hij was verliefd geworden op zijn eigen creatie van Zoë, maar wie was ze echt, onder alle optimalisaties? En was wat hij voor haar voelde echt, of was hij alleen verrukt van zijn eigen technische kunnen?

Thomas stond op. “Ik denk dat ik genoeg heb voor nu. Dankje, Zoë. Dit was… verhelderend.”

Hij schudde haar hand, hield die net een moment langer vast dan nodig. “Misschien kunnen we een andere keer verder praten? Weg van al deze” – hij gebaarde naar de monitoren – “digitale ruis?”

“Goed idee”, zei Zoë.

HOOFDSTUK 4: DREIGENDE ANALYSE

4 (Aangepast)Rick kon niet slapen. Hij lag naast Zoë in haar bed en luisterend naar haar rustige ademhaling terwijl zijn geest racete door LUNA’s data van de afgelopen drie dagen. Sinds Thomas’ interview waren er anomalieën in haar patronen die hij niet kon verklaren.

Hij gleed voorzichtig uit bed en ging naar haar woonkamer, waar hij zijn laptop opende. Het blauwe schijnsel van LUNA’s interface vulde de donkere ruimte terwijl hij door Zoë’s statistieken scrollde.

Daar: een stijging van 18% in haar basishartslag tijdens gesprekken over ‘authenticiteit’. Verhoogd telefoongebruik. Langere pauzes voordat ze reageerde op zijn berichten. Micro-expressies die niet in haar historische database voorkwamen.

En dan waren er de Spotify-data. Gisteravond had ze een afspeellijst gemaakt getiteld “Vragen” – nummers die ze nooit eerder had beluisterd. Indie folk, gesproken woordpoëzie, liedjes over bevrijding en jezelf vinden. Muziek die volledig afweek van de elektronische dancepop die ze meestal draaide.

Rick voelde een knoop in zijn maag. Hij opende zijn tekstberichten met Zoë van de afgelopen week en analyseerde ze met LUNA’s gevoelsengine. De resultaten waren verontrustend: haar enthousiasme voor hun gezamenlijke projecten was met 31% gedaald. Haar gebruik van emoticons was met 17% afgenomen. Haar reactietijd was met 67% gestegen. Ze was afstand van hem aan het nemen. Die journalist, die Thomas: dat was natuurlijk de schuldige.

“Rick?” Zoë’s stem kwam uit de slaapkamer. “Wat ben je aan het doen?”

Hij klapte de laptop dicht, alsof hij betrapt was op het bekijken van porno. “Sorry, werkdingen. Kon niet slapen.”

Ze kwam naar de woonkamer, alleen gekleed in een van zijn shirts. In het maanlicht dat door het raam naar binnenviel zag ze er etherisch uit. Zo mooi dat Rick dat hij zijn data, analyses en voorspellingen even vergat. Hij had alleen maar oog voor haar.

“Je werkt te veel”, zei ze, terwijl ze zich naast hem op de bank nestelde. “Zelfs LUNA kan slaapgebrek niet optimaliseren.”

“Eigenlijk kan ze dat wel”, zei Rick automatisch. “Versie 2.4 heeft circadiaanse analyse en optimale slaapplanning.”

Zoë keek hem aan. “Rick. Ik maakte een grapje.”

Hij voelde warmte naar zijn wangen stijgen. Wanneer was hij iemand geworden die humor niet kon herkennen zonder algoritmische analyse?

“Sorry. Ik ben gewoon… er zijn enkele patronen in je data die ik niet begrijp.”

“Welke patronen?”

Rick aarzelde. Hoe kon hij uitleggen dat hij haar hartslag monitorde, haar tekstberichten analyseerde, haar emotionele toestanden trackte? Hij had toestemming, technisch gezien, maar het hardop zeggen liet het invasief klinken.

“Gewoon publieksbetrokkenheidsdingen”, loog hij. “Niets belangrijks.”

Zoë knikte, maar hij zag iets in haar ogen – een flits van iets dat eruitzag als teleurstelling.

“Rick”, zei ze voorzichtig, “kan ik je iets vragen?”

“Alles.”

“Vraag je je wel eens af of we elkaar kennen? Zoals, echt kennen? Niet door data, maar gewoon… als mensen? Je kent mijn betrokkenheidsverhoudingen, mijn gevoelsanalyse, mijn optimale posttijden. Maar weet je waar ik van droom? Waarover ik lach wanneer niemand kijkt? Wat ik werkelijk belangrijk vind?”

Rick staarde haar aan. Natuurlijk wist hij die dingen. “Ik weet dat je intellectuele inspiratie wilt”, zei hij. “Data tonen aan dat je het meest vervuld bent wanneer je complexe onderwerpen kunt bespreken. Dat je het liefste content plaatst die overeenkomt met je kernwaarden. Dat je…”

“Rick.” Zoë’s stem was zacht maar beslist. “Dat is niet wat ik vroeg.”

Ze keek hem aan met een expressie die hij niet kon ontcijferen. Verdriet? Medelijden? Frustratie? Voor het eerst sinds hij LUNA had ontwikkeld, tastte Rick volledig in het duister.

Zoë stond op, liep naar het raam. Het licht van de straatlantarens werd gereflecteerd door het natte Amsterdamse wegdek.

“Houd je van me?” vroeg ze zonder zich om te draaien.

De vraag overviel Rick. “Natuurlijk.”

“Hoe weet je dat?”

“Omdat…” Rick begon, stopte toen. Hoe wist hij dat? Omdat zijn hartslag steeg wanneer zij glimlachte? Omdat zijn dopaminelevels toenamen in haar aanwezigheid? Omdat LUNA’s analyse liet zien dat ze goed scoorden als stel op meerdere psychologische en fysiologische meetwaarden?

“Omdat ik dat doe”, zei hij zwakjes.

Zoë draaide zich om. “Dat is wat ik bedoel. Je kunt zelfs je eigen gevoelens niet uitleggen zonder naar data te grijpen.”

“Gevoelens zijn gewoon chemische reacties in de hersenen”, protesteerde Rick. “Het begrijpen van het mechanisme maakt de ervaring niet ongeldig.”

“Niet?” vroeg Zoë. “Als je mijn berichten voorkauwt, mijn reacties bedenkt, mijn activiteiten optimaliseert – op welk punt stop ik een persoon te zijn en word ik een… zeer geavanceerde chatbot?”

De beschuldiging stak omdat Rick soms aan Zoë had gedacht in die termen – als een extreem verfijnd systeem dat hij kon begrijpen en optimaliseren. Maar dat was niet ontmenselijkend, dat was waarderend. Hij hield van haar complexiteit, haar patronen, de elegantie van haar psychologische architectuur.

“Je denkt hier te veel over na”, zei hij. “LUNA controleert je niet, ze toont wie je echt bent.”

“Of”, zei Zoë zacht, “ze toont wie jij wilt dat ik ben.”

Ze ging terug naar de slaapkamer, liet Rick alleen met zijn laptop en zijn data en een groeiend besef dat er iets fundamenteels aan het verschuiven was. Hij opende LUNA weer, maar in plaats van naar Zoë’s statistieken keek hij naar die van zichzelf. Zijn hartslag was verhoogd, zijn stresshormonen stegen, zijn slaappatronen verslechterden. Volgens zijn eigen systeem vertoonde hij tekenen van obsessief gedrag, paranoïde denken, en emotionele instabiliteit.

Voor het eerst sinds hij LUNA had gecreëerd, realiseerde Rick zich dat hij haar analytische lens nooit op zichzelf had gericht. Hij was zo gefocust geweest op het begrijpen en optimaliseren van Zoë dat hij nooit had overwogen wat het allemaal met hem deed. Hij klikte naar een nieuwe module die hij nooit had gebruikt: de maker-analysetool. De resultaten waren vernietigend. Hoge controlebehoefte. Lage empathie-scores. Narcistische tendensen. Moeite met het onderscheid tussen liefde en bezit.

Eerder het profiel van een stalker dan van een liefhebbende partner.

HOOFDSTUK 5: DE BREUK

5 (Aangepast)De volgende ochtend kwam Zoë niet naar kantoor. Rick wachtte tot tien uur, toen elf uur, voordat hij haar belde. Geen antwoord. Hij checkte LUNA’s controlepaneel. Zoë’s locatiedata toonde dat ze thuis was, maar haar telefoon stond op vliegtuigmodus.

Hij reed naar haar appartement.

Zoë deed open in haar pyjama, met ongewassen haar en rode ogen. Ze zag eruit alsof ze de hele nacht had gehuild.

“Ik ga stoppen”, zei Zoë, nog voordat Rick had kunnen vragen wat er aan de hand was.

“Stoppen waarmee?”

“Met dit. Met ons. Met LUNA.” Ze ging op de bank zitten, sloeg haar armen om haar knieën. “Ik wil mijn leven terug.”

Rick voelde de wereld kantelen. “Zoë, wat is er gebeurd? Heeft dit te maken met gisteren? Met die journalist?”

“Het gaat niet over Thomas. Het gaat over mij. Over wat ik ben geworden.” Ze keek hem aan, en hij zag een vreemde helderheid in haar ogen, alsof ze uit een lange droom was ontwaakt. “Rick, ik herken mezelf niet meer.”

“Je bent succesvol”, zei Rick wanhopig. “Je bent gelukkig. Kijk naar wat we bereikt hebben.”

“Ben ik gelukkig?” vroeg Zoë. “Of ben ik geoptimaliseerd om gelukkig te lijken?”

Rick haalde zijn laptop tevoorschijn. “Kijk naar de data. Je cortisol-levels zijn met 40% gedaald sinds we begonnen. Je serotonine-productie is gestegen. Biochemisch gezien ben je bewezen gelukkiger.”

“Luister naar jezelf!” Zoë stond op, begon door de kamer te ijsberen. “Je praat over mijn geluk alsof het een prestatie-indicator is.” Ze aarzelde even. “Weet je wat Thomas me vroeg? Hij vroeg wanneer ik voor het laatst iets had gedaan zonder te denken aan hoe het zou overkomen op sociale media. Ik kon het me niet herinneren, Rick. Ik kon me niet herinneren wanneer ik voor het laatst gewoon… leefde.”

Rick wist niet wat hij moest zeggen. Hij had noodplannen voor Zoë’s twijfels, strategieën om haar vertrouwen te herwinnen. Maar niets werkte. “Je denkt niet helder na”, zei hij daarom maar. “De data laten zien–”

“Nee.” Ze pakte zijn laptop en klapte hem dicht. “Geen data meer. Geen analyses. Geen optimalisaties. Ik wil gewoon… Rick. Niet de Rick die alles weet en alles controleert. Gewoon jij.”

“Maar dit ben ik”, zei hij zwakjes. Met een flauwe glimlach wee hij naar de gesloten laptop. “Dit is wie ik ben.”

“Dan hebben we een probleem”, zei Zoë zacht. “Omdat ik niet verliefd kan zijn op een algoritme.”

Ze zette haar koffie neer en pakte haar telefoon. “Ik ga Thomas bellen. Hij heeft aangeboden te helpen.” En ze belde Thomas terwijl Rick toekeek, machteloos, als een wetenschapper die zijn experiment zag ontsporen. En voor het eerst sinds hij LUNA had gebouwd, realiseerde Rick zich dat sommige dingen – liefde, vertrouwen, menselijke verbinding – zich misschien toch niet helemaal in data laten vangen en misschien niet helemaal kunnen worden geoptimaliseerd. Maar dat toch niet bijster bijzondere of ingewikkelde inzicht kwam te laat. Zoë was al aan het praten met Thomas, en haar stem klonk warmer dan hij weken had gehoord.

En Rick begreep dat hij niet alleen zijn perfecte cliënt had verloren, maar ook de enige persoon die hem ooit had laten geloven dat hij meer was dan alleen zijn systeem.

HOOFDSTUK 6: DIGITALE VERNIETIGING

6 (Aangepast)Twee weken na Zoë’s vertrek zat Rick in zijn donkere kantoor, verlicht alleen door de blauwe gloed van zijn monitoren. Hij had LUNA geüpgraded naar versie 3.0, maar in plaats van het systeem te gebruiken om nieuwe cliënten te vinden, richtte hij alle rekenkracht op één persoon: Zoë Martens.

Hij verdiende het niet om haar gelukkig te zien zijn. Zij verdiende het niet gelukkig te zijn.

Op zijn schermen flitsten realtime updates van Zoë’s sociale media. Ze had haar accounts niet gedeactiveerd – nog niet – maar haar postfrequentie was dramatisch gedaald. Waar ze vroeger dagelijks inhoud plaatste volgens LUNA’s optimale schema, postte ze deze nu onrgelmatig.

En het publiek hield ervan. Haar volgers reageerden met enthousiasme op haar ‘nieuwe authenticiteit’. Reacties stroomden binnen: “Eindelijk voelt Zoë weer echt!” en “Deze energie is zo veel beter dan die gepolijste perfectie van vroeger.”

Rick voelde zijn kaken verkrampen. Ze begrepen het niet. Ze zagen alleen het oppervlak, niet de strategische ondergrond die hij had gelegd. Zoë’s ‘authentieke’ posts werkten omdat hij haar publiek maandenlang had getraind om van diepere inhoud te houden. Hij had het fundament gelegd voor haar huidige succes, en nu kreeg iemand anders – Thomas – de credits.

Want Thomas was er. In elke post, elke story, elke glimp van Zoë’s nieuwe leven was Thomas aanwezig. Niet opzichtig, niet bezitterig zoals Rick was geweest, maar op een natuurlijke manier die Rick pijn deed om te zien. Thomas in de achtergrond van haar keuken terwijl ze kookte. Thomas’ hand die een boek aanwees in een boekwinkelpost. Thomas’ lach die hoorbaar was in een video over kunsttentoonstellingen.

Rick opende LUNA’s gedragsanalysemodule. Het systeem had genoeg data om Thomas’ psychologisch profiel op te stellen op basis van zijn interacties met Zoë. De resultaten waren frustrerend: Thomas scoorde hoog op empathie, authenticiteit, en intellectuele nieuwsgierigheid. Laag op controlebehoefte en manipulatieve tendensen.

Hij was, volgens Ricks eigen systeem, een betere match voor Zoë dan Rick ooit was geweest.

Die gedachte was ondraaglijk.

Rick opende een nieuwe terminal en begon te typen. Als LUNA Zoë’s gedrag kon voorspellen en optimaliseren, kon het ook het tegenovergestelde doen. In plaats van haar succes te maximaliseren, kon het haar reputatie strategisch ondermijnen.

Het was verbazend eenvoudig. Rick had toegang tot Zoë’s complete digitale geschiedenis – niet alleen de publieke posts, maar ook privéberichten, zoekgeschiedenis, locatiedata. Drie maanden van intieme surveillance hadden hem een arsenaal van potentieel schadelijke informatie gegeven.

Hij begon voorzichtig. Een anoniem account dat screenshots postte van Zoë’s oude, minder politiek correcte tweets. Een nepwebsite die beweerde dat haar podcaststatistieken waren opgepompt. Subtiele hints op Reddit dat haar ‘spontane’ inhoud eigenlijk gescript was.

Binnen een week begonnen de eerste twijfels op te duiken in Zoë’s reacties. “Is dit echt authentiek of gewoon betere marketing?” “Waarom heeft ze al die oude posts verwijderd?” “Iemand moet onderzoeken of haar volgers echt zijn.”

Rick voelde een donkere voldoening. Dit was macht – de mogelijkheid om iemands werkelijkheid te manipuleren vanuit de schaduwen, om de publieke perceptie te sturen zonder dat het slachtoffer wist wat er gebeurde.

Maar het was niet genoeg.

Zoë postte een foto van haar en Thomas in een museum, beiden lachend om een absurd kunstwerk. Ze zagen er gelukkig uit, ontspannen, echt verliefd. De foto kreeg tweehonderdduizend likes binnen drie uur.

Ricks vingers vlogen over het toetsenbord. Hij had toegang tot Zoë’s oude privéberichten, inclusief enkele waarin ze twijfelde over haar relatie met Rick, waar ze zich schuldig voelde over het misleiden van haar publiek, waar ze fantaseerde over een ‘normaler’ leven.

Hij fabriceerde een lek. Selecteerde de meest schadelijke citaten uit context, maakte het lijken alsof Zoë haar volgers altijd had veracht, alsof haar hele persona een cynische geldmachine was. Hij gebruikte LUNA’s deepfake-technologie om audio te genereren die authentiek klonk – Zoë’s stem die zei dat haar publiek “dom genoeg is om alles te geloven.”

Het verhaal explodeerde. Binnen uren trendte #ZoëMartensLeugens op Twitter. Influencer-drama-accounts deelden de gefabriceerde audio. Nieuwssites plukten het verhaal op zonder adequate fact-checking.

Rick keek toe vanuit zijn donkere kantoor terwijl Zoë’s wereld instortte. Haar volgersaantal begon te dalen. Merken trokken hun sponsorshipdeals in. Haar podcastdownloads kelderden.

En dan zag hij iets dat hem even deed aarzelen: een video die Zoë postte, huilend in haar auto, vertelde ze hoe verward en gekwetst ze was door de leugens die over haar werden verspreid. Ze begreep niet waar het vandaan kwam, waarom mensen haar zo haatten.

Voor een moment voelde Rick zich schuldig. Dit was de vrouw van wie hij had gehouden, die hij had willen beschermen. Maar die gedachte werd snel overschaduwd door woede. Zij had ervoor gekozen hem te verlaten. Dit waren gewoon de consequenties van die keuze.

De video werd gebruikt tegen haar. Commentatoren beweerden dat haar tranen geacteerd waren, meer manipulatie voor sympathie. Rick had een monster gecreëerd dat hij niet meer kon controleren – de publieke opinie was een beest dat elk teken van zwakte zou uitbuiten.

Maar het ergste kwam pas toen Thomas publiekelijk voor Zoë opkwam. Hij publiceerde een artikel op De Correspondent waarin hij de gefabriceerde bewijslast systematisch ontleedde, waarin hij uitlegde hoe makkelijk het was om digitale bewijzen te manipuleren in het AI-tijdperk. Het artikel was goed geschreven, grondig en volledig correct. Het zou Zoë’s reputatie kunnen redden als genoeg mensen het lazen.

Dat kon Rick niet laten gebeuren. Hij lanceerde een gecoördineerde aanval op Thomas’ geloofwaardigheid. Valse sociale media-accounts beschuldigden hem ervan dat hij het alleen maar voor Zoë opkwam omdat hij het bed met haar deelde. Rick fabriceerde e-mails die suggereerden dat Thomas financieel profiteerde van de controverse.

Laat die nacht, terwijl hij overzag hoeveel schade hij had aangericht – Zoë’s carrière lag in puin, haar relatie met Thomas stond onder druk, haar mentale gezondheid was duidelijk wankel – voelde Rick geen triomf. Alleen leegte.

HOOFDSTUK 7: DE PRIJS VAN PERFECTIE

8 (Aangepast)Drie maanden na Zoë’s digitale executie zat Rick alleen, omringd door zijn beeldschermen. Hij opende zijn persoonlijke controlepaneel en zocht naar Zoë Martens. Wat hij vond brak iets in hem dat hij dacht al volledig kapot was.

Zoë had een nieuwe video geplaatst – haar eerste in twee maanden. Niet op haar hoofdkanaal, maar op een klein podcastplatform dat Rick nauwelijks monitorde. “Ik wil praten over digitale manipulatie”, begon ze. “Over hoe makkelijk het is om iemands leven te verwoesten met leugens en technologie. Over hoe ik alles verloor – mijn carrière, mijn relaties, mijn zelfrespect.”

“Ik weet niet wie me dit heeft aangedaan”, vervolgde Zoë. “Maar ik weet dat het iemand was met toegang tot mijn persoonlijke data, iemand die mijn kwetsbaarheden begreep. Iemand die mijn eigen digitale voetafdruk in een wapen tegen me veranderde.”

Ze keek recht in de camera, en voor een moment voelde Rick alsof ze direct tegen hem sprak.

“Als je dit bekijkt – en ik denk dat je dat doet – wil ik dat je weet dat je me niet hebt gebroken. Je hebt mijn carrière gebroken, je hebt mijn reputatie gebroken, maar je hebt mijn geest niet gebroken.

Rick voelde de tranen in zijn ogen opwellen – een sensatie die hij nauwelijks meer kende.

“Ik begin opnieuw”, zei Zoë. “Niet als een influencer, niet als een merk, maar als een persoon. Ik ga anderen leren over digitale geletterdheid, over hoe ze zichzelf kunnen beschermen tegen manipulatie. Ik ga ervoor zorgen dat wat mij is overkomen niet met anderen gebeurt. Want digitale manipulatie is geen sciencefiction. Het gebeurt nu, tegen miljoenen mensen. We hebben systemen gecreëerd die zo verfijnd zijn dat ze iedereen van alles kunnen overtuigen, reputaties ’s in een oogwenk kunnen vernietigen, de publieke opinie kunnen manipuleren. En het ergste is nog dat de mensen die deze systemen runnen zichzelf ervan overtuigen dat ze een dienst verlenen. Ze verschuilen zich achter data en algoritmes, maar wat ze echt doen is God spelen met andermans levens.”

Het was alsof Zoë direct tegen hem sprak door het scherm. Wat, op een manier, ook zo was. Hij wist dat zij wist wat hij had gedaan – ze kende de details niet, maar ze begreep wat haar was overkomen. Toen de video was afgelopen, kon Rick niet bewegen. Op zijn schermen vervolgde LUNA 4.0 zijn eindeloze analyse van wereldwijde informatiestromen, identificeerde doelen, optimaliseerde verhalen, manipuleerde consensus. Maar alles wat hij kon zien was Zoë’s gezicht, ouder maar op de een of andere manier mooier dan toen hij haar had ‘geoptimaliseerd’.

Hij nam een besluit. Hij kon doorgaan op dit pad – machtiger worden, rijker, nog bekwamer en gewiekster als het erom ging de werkelijkheid naar zijn hand te zetten. Hij zou de onzichtbare poppenspeler van het digitale tijdperk kunnen worden. Of hij kon iets anders kiezen.

Hij koos iets anders.

Drie jaar later stond Rick van der Berg voor een muur van monitoren in een steriel kantoor dat eruitzag als de brug van een ruimteschip. Op elk scherm bewoog een perfect gerenderd gezicht. Zijn nieuwe cliënten. Aria, een AI-gegenereerde lifestyle-influencer met amberkleurige ogen en een stem die was samengesteld uit de meest boeiende vocale samples van duizend echte vrouwen. Nova, een fitness-persoonlijkheid wier spieren mathematisch waren geoptimaliseerd voor maximale aantrekkingskracht. Serenity, een mindfulness-goeroe met een expressie die was gekalibreerd om vertrouwen en emotionele verbinding op te wekken.

Ze waren perfect. Bovenmenselijk. Onmenselijk.

De engagement met Aria’s huidverzorgingsroutine is deze week met 42% gestegen”, meldde LUNA. “Nova’s work-outvideos zijn trending in elf landen. Serenity’s meditatie-app is nu meer dan een miljoen gedownload.”

Rick knikte, maar voelde niets. Geen voldoening, geen trots, geen gevoel van prestatie. Dit waren geen overwinningen – het waren onvermijdelijkheden. Wanneer je elke variabele die relevant was kende, wanneer persoonlijkheid algoritmisch geperfectioneerd was, dan stond de uitkomst ook vast.

LUNA 5.0 was uitgegroeid tot iets ver voorbij zijn oorspronkelijke visie. Het systeem genereerde nu niet alleen optimalisatiestrategieën, maar bouwde hele persoonlijkheden ‘from scratch’ op. Deze digitale wezens waren consistenter, standvastiger en betrouwbaarder dan mensen. Ze hadden nooit slechte dagen, deden uit zichzelf nooit controversiële uitspraken, leden nooit onder emotionele complexiteit. Zijn AI-influencers zouden nooit met hem ruziën, nooit zijn ideeën uitdagen, hem nooit verlaten voor iemand anders. Ze waren perfect gehoorzaam, perfect geoptimaliseerd, perfect leeg. Ze waren alles wat Rick ooit had geprobeerd van Zoë te maken: perfect geoptimaliseerde, zielloze inhoudsmachines. Geknipt voor hem. Al had hij het graag anders gezien: meer zat er voor hem niet in. Nu niet tenminste.

Maar hij legde zich er niet bij neer. Hij pakte zijn telefoon en begon een bericht te typen – niet naar een algoritme of een database, maar naar een persoon. Naar Zoë.

“Je hebt gelijk”, schreef hij. “Het spijt me.”

Hij verwachtte geen antwoord. Hij verdiende er geen. Maar voor het eerst in drie jaar had hij iets gedaan dat volledig onvoorspelbaar was, volledig niet-geoptimaliseerd, volledig menselijk.

Het was een begin.

EINDE

Deel:

Geef een reactie