Colin Blunstone: fluisteren met volume

Colin Blunstone: fluisteren met volume

50 jaar zit Colin Blunstone in het vak, als solo-artiest en als zanger van The Zombies, The Alan Parsons Project en allerlei gelegenheidsformaties. Nu is er een verzamelplaat uit (eenvoudigweg ‘Collected’ getiteld) en maakt Blunstone een promotietour. Wat het meest opvalt? Dat zijn stem in de loop van de jaren alleen maar krachtiger is geworden.

Colin Blunstone wordt weleens een blanke soulzanger genoemd, een soort mannelijke tegenhanger van Dusty Springfield, maar helemaal terecht is dat niet. Zeker, zijn aangenaam doorrookte stemgeluid leent zich goed voor soulmuziek. Hij heeft zelfs enkele soulnummers op zijn repertoire staan. Tracks of My Tears van Smokey Robinson, bijvoorbeeld, een nummer dat Blunstone ook vaak live ten gehore brengt.

Soul ligt Blunstone zeker, maar hij is eerder een zanger die al jaren allerlei soorten muziek voorziet van smaakvolle, soulvolle vocalen. Of het nu de van jazz en klassieke muziek doorspekte pop is van The Zombies (She not there), de symfonische rock van The Alan Parsons Project (Old and Wise) of de naar soft pop en disco neigende muziek uit het begin van zijn solocarrière: de fluwelen stem van Colin Blunstone zorgde ervoor dat de muziek volledig tot zijn recht kwam.

Als hij zingt, lijkt hij af en toe te fluisteren, bevestigt Blunstone. Toch paart hij een enorm bereik (hoge noten haalt hij moeiteloos) aan een groot volume. En in tegenstelling tot de meeste zangers van zijn leeftijd hoeft hij oude succesnummers niet in een lagere toonzetting uit te voeren. “Mijn stem is wel veranderd. Zo hoorde je vroeger minder duidelijk wanneer ik overschakelde op mijn falsetstem. Maar ik heb niets aan kracht moeten inboeten. Ik kan zelfs harder zingen dan vroeger.”

Onvervangbaar

Blunstone heeft samen met Zombies-toetsenist en mede-zanger Rod Argent in het verleden lessen klassieke zang gehad, en dat heeft hier zeker bijgedragen aan het behoud van zijn stem. “Zonder die training zou ik mijn stem waarschijnlijk al lang zijn kwijtgeraakt.” Daarnaast doet Blunstone er alles aan zijn stem te beschermen. “Ik heb altijd een eigen microfoon als ik optreed. Je weet nu eenmaal niet welke ziekten iemand die voor je heeft opgetreden onder de leden heeft. Na een signeersessie was ik altijd direct mijn handen. Het lijkt allemaal misschien heel overdreven, maar zonder stem ben ik nergens. Het is mijn enige, onvervangbare instrument.”

Gezien het hese, schijnbaar fluisterachtige van zijn stem, komt Blunstone vooral tot zijn recht in intieme nummers, met een summiere begeleiding, zegt hij. “Waarop ik word begeleid door een enkele gitaar of een strijkkwart, bijvoorbeeld. Ik denk er ook over om in de toekomst een plaat met demo’s van oude nummers uit te brengen waarop ik mezelf begeleid op slaggitaar. Ik ben geen goede gitarist, maar mijn stem komt er wel goed op tot zijn recht.”

Uitgerangeerd

Tot die tijd zijn er de talloze platen van en met Blunstone. De laatste in een lange reeks is de verzamelplaat Collected, een album met 3CD’s waarop maar liefst 60 bekende en minder bekende nummers staan. “Waarom juist nu? Ik zou het niet weten. Misschien dat mijn platenmaatschappij denkt dat het nog net kan, voordat ik voorgoed vertrek naar die grote opnamestudio in de hemel?”

Hoe dan, het is een mooie verzameling geworden, met veel nummers die tot dusver niet of alleen heel moeilijk te krijgen waren. Een obscuur nummer als Planes (van Elton John en Bernie Taupin) staat er bijvoorbeeld op, door Blunstone opgenomen voor het Rocket label van Elton John uit de tijd dat Blunstone niet optrad, van het midden van de jaren zeventig tot het midden van de jaren negentig. “Destijds waren albums voor een artiest veel belangrijker dan live optredens – precies andersom dan tegenwoordig, nu er nog maar weinig platen worden verkocht. Met de komst van de disco in Amerika en de punk in Engeland voelde ik me bovendien enigszins uitgerangeerd.”

Parallelle carrières

Een optreden in 1995 voor The Night of the Proms betekende voor Blunstone zijn terugkeer naar het podium. “Ik durfde niet zo goed. Maar toestenist Don Airey, iemand die ik niet eens kende, heeft enorme druk op me uitgeoefend om samen met hem te gaan optreden. Geen idee waarom, hij heft gespeeld in hardrockbands als Deep Purple en Whitesnake. Maar om een of andere reden wilde hij mij per se live begeleiden.” En zo geschiedde. De laatste jaren wisselt Blunstone solo-optredens af met optredens als zanger van de uit het graf verrezen The Zombies – met Rod Argent, maar zonder de overige oorspronkelijke groepsleden. “En vaak spelen we dan mijn nummers, zoals ik ook nummers van The Zombies uitvoer.”

Ook neemt Blunstone tegenwoordig weer albums op met The Zombies – en maar al te vaak speelt Argent er op mee. Een beetje verwarrend, die twee parallelle carrières? Ach: “Als ik de meeste nummers heb geschreven, breng ik het uit als een Colin Blunstone-album. Op een album van The Zombies is Rod de belangrijkste componist.” Binnen enkele maanden verschijnt er weer een album van The Zombies. Met nieuwe nummers. “We willen geen retroband zijn. Nieuwe nummers blijven belangrijk, want ze brengen leven in de brouwerij. En ze zorgen ervoor dat je nog serieus wordt genomen, en niet wordt gezien als iemand die teert op oude roem.”

Deel:

Geef een reactie