Levenservaring: een eufemisme

Levenservaring: een eufemisme

Normaal gesproken heb je ergens ervaring in: het bakken van koekjes, het timmeren van meubelen, het besturen van een stichting. Maar waar heeft iemand met levenservaring nu precies ervaring in? Niet zozeer in het ‘leven’, als wel in tegenslag. Mensen met levenservaring hebben een jaar in het ziekenhuis gelegen, stonden met autopech in de woestijn, hebben beide ouders verloren, enzovoorts. En dan zwijgen we nog over bedrog door geliefden, collega’s en bloedverwanten. Het eufemisme ‘levenservaring’ – dat dus eigenlijk ‘ervaring van ellende’ betekent verheft tegenslag tot de norm.

Het slaat de plank op minstens drie manieren mis. Ten eerste is ‘ervaren’ niet hetzelfde als ‘begrijpen’. Een negatieve ervaring wordt pas zinvol wanneer je toekomstige rotsblokken beter weet te ontwijken. Ten tweede zet het zich af tegen boekenwijsheid en vergoelijkt het zodoende een gebrek aan ontwikkeling. En ten slotte leven we momenteel in een verwezenlijkte utopie. De ergste armoede is uitgebannen, afkomst betekent geen noodlot meer en de levensverwachting is hoger dan ooit.

Bas Belleman in het laatste deel van zijn reeks ‘Euphemismen’ voor Filosofie Magazine

Deel:

Geef een reactie