11.000 doden (Over ‘Bowling for Columbine’)

Jaarlijks komen in de Verenigde Staten 11.000 mensen door wapengeweld om het leven. Een veelvoud van het aantal doden in landen als Canada, Duitsland en Groot-Britannië. Hoe komt dit? In zijn veelbesproken documentaire ‘Bowling for Columbine’ (publieksfavoriet op het IDFA-festival) gaat regisseur Michael Moore op zoek naar een verklaring.

Aanvankelijk lijkt hij overtuigd dat het wijdverspreide bezit van vuurwapens tot al dat geweld en al die doden leidt. Totdat hij even Canada aandoet en tot zijn verrassing ontdekt dat daar per jaar nog geen 200 mensen woorden doodgeschoten. En dat terwijl er maar liefst 7 miljoen pistolen en geweren in omloop zijn.

Daar kijkt Michael Moore van op, en dat is aan zijn documentaire – in feite een filmisch essay – te merken. Hij behandelt allerlei verklaringen waarom de Amerikanen zo ’trigger happy’ zijn. Het lijkt iets te maken te hebben met de wijdverspreide angst in de Amerikaanse samenleving, in het bijzonder de angst van blank voor zwart. Een angst die schril afsteekt tegen het gemoedelijke sfeertje in Canada, waar vrijwel niemand zijn deur op slot doet: “Amerikanen hebben het gevoel dat ze indringers buitenhouden als ze de deur op slot doen. Wij hebben het gevoel dat we onszelf buitensluiten.”

De onbestemde, grotendeels racistische angst van Amerikanen wordt gevoed door de media, en dan vooral door programma’s als ‘Cops’, waarin veel blanke politieagenten op gekleurde criminelen jagen. Of niet?, aarzelt Moore. In andere landen spat het geweld toch ook van de buis af? En – een vraag die Moore zich niet stelt – vinden veel schietpartijen met dodelijk afloop niet plaats tussen zwarten? Dat kun je moeilijk racistisch noemen.

Hoe zit het dan met de inkomensverdeling in de Verenigde Staten? Die is veel schever dan in een land als Canada. Is dat misschien een verklaring? Of het achterliggende meedogenloze marktdenken? Moore wijst erop dat veel daders sociale ‘outcasts’ zijn, maar wat er nu precies aan hen schort? “Ze waren raar”, zeggen de meisjes die in een bowlingteam zaten met de jongens die in Columbine 11 kinderen neerschoten en toen elkaar met hun semi-automatische geweren doodden. Maar wat hen precies bezielde, vraagt Moore niet. Ze waren de ochtend dat ze hun school onderdompelden in geweervuur gaan bowlen. Misschien dat dit ze tot hun daad heeft bewogen? – zo verzucht hij aan het einde van zijn film.

Hij komt er niet uit. De documentaire holt van de ene naar de anekdote en scène naar de andere, zonder dat dit leidt tot duidelijk afgeronde conclusies. Toch grijpt Bowling for Columbine je aan, met die gewelddadige, schokkende en treurigstemmende beelden (zoals van de executie van die 11 scholieren in Columbine, houterig gefilmd door beveiligingscamera’s).

Na afloop weet je het zeker: Als ik in de VS zou wonen, zou ik willen dat het wapenbezit aan banden werd gelegd. Of ik zou naar Canada emigreren – geen oplossing voor het Amerikaanse probleem, maar ik zou dan tenminste niet behoren tot die 11.000 ongelukkigen.

Deel:

Geef een reactie