Overtuigd meningsloos (Hoe meer kennis, hoe minder mening)

“Geachte meneer Bletz”, mailen enkele studenten aan de Universiteit van Utrecht mij. “Naar aanleiding van de SIRE-campagne ‘kinderen hebben het druk’ onderzoeken wij in welke mate de vrijetijdsbesteding van ouders van invloed is op de vrijetijdsbesteding van hun kinderen in de groepen 5 en 6 van de basisschool in Nederland en hoe kinderen dit beleven. Wij lazen in het Brabants Dagblad uw artikel met uw mening over dit onderwerp. Wij vroegen ons af of u nog verdere info heeft over dit onderwerp en of u dit naar ons door zou willen mailen.”

In het Brabants Dagblad?

Een mening??

Ik????

Ik roep wel eens dit of dat over zus of zo, inderdaad ook over die SIRE-campagne. Maar ik hang me zelden op aan een standpunt dat langer meegaat dan de duur van een gesprek of de lengte van een column. En standpunten heb ik in overvloed, maar daar staat een chronisch gebrek aan meningen tegenover. Het zijn maar Bletzpraatjes die ik verkondig. Wie ben ik om een eigen mening te hebben?

Als ik me al eens een mening ergens over veroorloof, dan alleen over zaken waarin ik me heb verdiept. Dan kan ik tenminste tot een onderbouwde opinie komen. Al moet ik hier meteen aan toevoegen dat hoe meer ik ergens over nadenk, hoe meer de mening me ontglipt. Cocteau zei: “Alles weten is alles vergeven”. Ik zou daar van willen maken: “Alles weten is geen enkele mening hebben.” Want hoe meer je weet, hoe verwarrender het is. Al die standpunten, al die argumenten – probeer daar maar eens een mening uit te destilleren.

Ik heb eens een uitgever gekend, dat was een man van sterke meningen. Zo vond hij dat elke kop van elk artikel moest worden voorzien van een bovenkop, een ‘chapeau’. Ook had hij de dubbele aanhalingstekens afgezworen. Wat moet je met zo’n man? Je kunt wat mompelen over journalistieke conventies. Je kunt voorzichtig vragen welk dogma voorschrijft dat elke kop vergezeld moet gaan van een chapeau. Je kunt proberen uit te leggen dat je meer uitdrukkingsmogelijkheden hebt als je zowel over enkele als dubbele aanhalingstekens beschikt. Maar hoe sterker iemands mening, hoe moeilijker hij ervan is af te brengen. “Ik heb succes, dus ik heb gelijk”, wees deze uitgever mij terecht.

Destijds stuitte zijn domheid en arrogantie me tegen de borst, maar inmiddels ben ik tot inkeer gekomen. Om succes te hebben in het leven, moet je recht op je doel afgaan. Hoe sterker je overtuigd bent van je eigen gelijk, hoe beter – hoe minder je namelijk wordt afgeleid door vervelende nuances, details en bijzaken. Wie wat wil bereiken in het leven, moet niet te veel weten. Dus leve de eenzijdigheid die voortkomt uit onwetendheid. Leve de onwetendheid die voortkomt uit domheid. Leve de domheid die voortkomt uit arrogantie. Leve de ‘survival of the dumbest’.

Alleen IK heb liever geen mening. En vraag me er alstublieft niet naar. Zeker niet als het er echt toe doet, zoals in het debat of we oorlog moeten voeren tegen Irak.

Deel:

Geef een reactie